Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 17111] Dienst/afdeling: JZ Betreft: Inleiding Voorstel Motivering/Toelichting m Agendapuntnummer 4 Aantal bijlagen: Vaststelling tijdelijke referendumverordening Op 1 januari 2002 treedt de Tijdelijke referendumwet (Trw) in werking. Het tijdelijke karakter hangt samen met een voorstel tot wijziging van de Grondwet om referenda met een bindend karakter mogelijk te maken. De Tijdelijke referendumwet vervalt op 1 januari 2005. De Tijdelijke referendumwet ziet op referenda op landelijk, provinciaal en gemeentelijk niveau en heeft in alle gevallen gevolgen voor de gemeentelijke bestuurspraktijk. 1vast te stellen de Verordening op het raadgevend correctief referendum raadgevend correctief De Trw regelt het raadgevend correctief referendum op nationaal, provinciaal en lokaal niveau. Correctieve raadgevende referenda worden gehouden op initiatief van kiesgerechtigden over reeds genomen besluiten, dit in tegenstelling tot raadplegende referenda, waarbij het initiatief uitgaat van de overheid zelf. Een correctief referendum is altijd achteraf en vindt plaats tussen het nemen van een besluit en de in werkingtreding daarvan (gevallen van spoedeisendheid daargelaten). globale procedure Globaal is de procedure van de Trw als volgt. Na de bekendmaking van het besluit dat er een referendum kan worden gehouden over een besluit, kunnen kiesgerechtigden een verzoek doen tot het houden van een referendum over de in de wet genoemde besluiten. Indien voldoende kiesgerechtigden een geldig verzoek tot het houden van een referendum doen, wordt een inleidend verzoek toegelaten en kan een definitief verzoek volgen. Kiesgerechtigden moeten hiertoe een verklaring ter ondersteuning van het inleidend verzoek indienen. Een definitief verzoek is het aantal geldige ingediende ondersteuningsverklaringen. Na het definitieve verzoek volgt de beslissing over de toelating ervan en wordt vastgesteld of een referendum wordt gehouden. Voor een gemeentelijk referendum is het aantal kiesgerechtigden dat een verzoek of ondersteuningsverklaring moet indienen afhankelijk van de gemeentegrootte. Voor Breda geldt dat tenminste 1/3% van het aantal kiesgerechtigden voor Breda momenteel ca.415) een inleidend verzoek moet indienen en 5% van de kiesgerechtigden voor Breda momenteel ca. 6230) dit inleidend verzoek moet ondersteunen. kiesgerechtigd Kiesgerechtigd voor een nationaal, provinciaal of gemeentelijk referendum zijn diegenen die kiesgerechtigd zijn voor de verkiezing van de leden van resp. de Tweede Kamer, Provinciale Staten of de gemeenteraad. referendabele besluiten Landelijke referenda kunnen worden gehouden over wetten en verdragen. Provinciale en gemeentelijke referenda zijn mogelijk over verordeningen, beslissingen tot het oprichten van of deelnemen in privaatrechtelijke rechtspersonen, tot wijziging van de provincie-of gemeentenaam, over grenscorrecties en tot het treffen van een gemeenschappelijke regeling (artikel 8 Trw). De Trw heeft een verplichtend karakter: als aan de voorschriften van de Trw wordt voldaan, moeten gemeenten een referendum houden. beleidsvrijheid Gemeenten beschikken op grond van de Trw over enige beleidsvrijheid. Artikel 8 van de Trw biedt gemeenten de mogelijkheid om één of meer in de wet genoemde besluiten van referendabiliteit uit te sluiten. Dit betreft de volgende besluiten: -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 1126