Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 17039] Dienst/afdeling: CAP Consequenties Communicatie Commissiebehandeling Financieel Een derde alternatief, doorgaan in de huidige situatie, betekent behalve het saneren van de tekorten ook structureel doorlopende exploitatiekosten, die niet meer gedekt kunnen worden uit de bijdrage van fl. 0,25 per inwoner. Op basis van de beschikbare informatie en financiële consequenties kan niet anders worden besloten dan tot opheffing van de gemeenschappelijke regeling per 1 januari 2002. Indien blijkt dat de benodigde twee/derde meerderheid niet wordt gehaald zal een nieuw besluit moeten worden genomen over het al dan niet uittreden uit de gemeenschappelijke regeling. Hiervoor zal dan een nieuw raadsvoorstel komen. Het opheffen van de gemeenschappelijke regeling heeft in alle gevallen financiële consequenties voor de deelnemers. Op dit moment is nog niet exact bekend wat de feitelijke kosten zullen zijn omdat de besluitvorming tot opheffing nog niet bekend is en de onderhandelingen met Fontys alleen nog maar hebben geleid tot een intentieverklaring. Bij beëindiging gemeenschappelijke regeling en overname door Fontys liggen de geraamde kosten volgens de laatste informatie tussen fl 3,- 1,36 en fl 4,- 1,82 per inwoner. Voor de gemeente Breda betekent dit een eenmalige kostenpost tussen de fl 480.000,- 217.814,50 ),- en fl 640.000,- 290.419,34 Bij eerdere correspondentie werd nog uitgegaan van een kostenpost per deelnemer van fl 6,- 2,72 per inwoner. Dit zou neerkomen op een eenmalige kostenpost van fl 960.000,- 435.629,01 Verlaging van de kostenpost heeft te maken met gunstige personele ontwikkelingen (uitstroom) en het perspectief bij Fontys waardoor de kosten van het sociaal plan mee zullen vallen. Zekerheid over de exacte kosten is er pas op het moment dat het liquidatiebesluit wordt genomen, de afspraken met Fontys concreet zijn en de kosten van het sociaal plan gedekt. Uit de lopende exploitatie worden geen tegenvallers meer verwacht. Indien geen opheffing plaats kan vinden kan worden besloten tot uittreden. In dat geval zal de gemeente enerzijds gehouden zijn tot het betalen van het gemeentelijk aandeel in het bestaande tekort, zijnde tussen de fl 480.000,- 217.814,50 en fl 640.000,- 290.419,34 Daarnaast blijft de gemeente aansprakelijk voor een aandeel in de toekomstige exploitatietekorten voor de komende 10 jaar. Dit met een aflopend percentage met 10% per jaar. Ten behoeve van de pers is een persbericht opgesteld. Melden aan het bestuur van de Gemeenschappelijke regeling Bestuursacademie door middel van een brief met afschrift van het besluit. Bekendmaken binnen gemeente op gebruikelijke wijze (artikel 26 2e en 4e lid Wgr), via verzameladvertentie Stad Breda met vermelding rechtsmiddelclausule Toezenden besluit aan GS (art 39 Wgr). De commissie Middelen kan zich met dit voorstel verenigen. -4- I

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 1137