Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 16425] Dienst/afdeling: JZ gehouden met de nabijheid van de Groene Hoofdstructuur. Het handhaven van de huidige toestand van het gebied is nooit een optie geweest. In de toelichting op het bestemmingsplan is de stedenbouwkundige onderbouwing voor deze keuze weergegeven. Kortheidshalve wordt hier naar verwezen. De woningbouw is gesitueerd tegen de bestaande bebouwing omdat dan eenvoudig kan worden aangesloten op de bestaande infrastructuur. Bovendien kan hierdoor tevens het ecologisch meest waardevolle terrein worden gehandhaafd. Wonen aan de stadsrand is in feite gelijk aan wonen in het landelijk gebied. Dit betekent niet automatisch het recht op uitzicht. Het risico van nieuwbouw op agrarische gronden rond de stad is altijd aanwezig. Alleen op gronden met een bestemming "natuur" of gelegen binnen de Groene Hoofdsstructuur is deze kans aanzienlijk kleiner dan wel onmogelijk. Het door appellant bedoelde stuk grond is bestemd voor woondoeleinden. Vanwege het feit dat hierop geen bouwvlak is aangegeven kan geconcludeerd worden dat hier sprake is van een tuinbestemming. In hoeverre deze grond aan appellant kan worden verkocht kan op dit moment en in dit kader niet worden meegewogen. Het aanpassen van de bouwhoogten is niet noodzakelijk aangezien deze niet afwijkt van de hoogten die in de bestaande wijk Asterd zijn gehanteerd. Bovendien is door de opzet van de nieuwe woonwijk waarbij achtertuinen zijn gesitueerd aan de zijde van de Asterkraag de afstand tussen de bestaande woningbouw en de nieuwbouw zo groot mogelijk gehouden. Conclusie Deze zienswijzen, met uitzondering van de opmerking inzake de sloot langs de Asterdkraag, ongegrond te verklaren. 38. Rassers, advocaten en notarissen namens C.A.J. Brons. Inhoud zienswijzen. Appellante heeft bezwaar tegen het bebouwen van het betreffende plangebied vanwege het feit dat dit leidt tot een onaanvaardbare aantasting van de natuur door versmalling van de strook groen tussen de Mark en bestaande wijk Asterd. De mening dat de voorgenomen realisatie van het totale plan inclusief de opgenomen natuurontwikkeling een versterking van de ecologische betekenis van het gebied zou opleveren wordt door appellante niet gedeeld. Voorts wordt verwezen naar het nieuw ontwerp-streekplan waarin het gebied waar de woningbouw is gepland voorzien wordt aangemerkt als GHS-landbouw. Slechts onder voorwaarden, zwaarwegend maatschappelijk belang, geen alternatieve locaties en compensatie, mogen in deze gebieden ingrepen plaatsvinden. Hiervan is in het plan niets terug te vinden. Hierin is uitgegaan van het Streekplan Noord-Brabant uit 1992. Het nieuwe Streekplan stelt de insprekers op het bestemmingsplan volgens appellante dan ook in het gelijk. De sloot langs de Asterdkraag, grenzend aan het plangebied dient, zoals ook al in de commentaarnota is aangegeven, te worden gehandhaafd. Meer zekerheid voor handhaving zal moeten worden geboden. Ook heeft appellante bezwaar tegen de voorgenomen bouwhoogte van de te realiseren woningen. De woningen zullen hierdoor te massaal worden en het aanzicht voor de bewoners van het gedeelte van de Asterdkraag grenzend aan het plan zeer negatief beinvloeden. Tenslotte pleit appellante voor handhaving van het strandje langs de Asterpias. Er zouden geen planologische argumenten pleiten dit strandje op te offeren voor woningbouw. Beoordeling Door appellant wordt in haar zienswijzen verwezen naar de aanstaande herziening van het Streekplan. Hierin zou het gebied waarin nu gebouwd gaat worden tot Groene Hoofdstructuur- landbouw worden verheven. Het gaat hierbij echter om een ontwerp-streekplan waarvoor de procedure pas sinds kort is gestart. Bij de opstelling van het bestemmingsplan is vanuit een oogpunt van rechtszekerheid uitgegaan van het vigerende Streekplan. De bijgeleverde kaart van het ontwerp-streekplan is daarnaast op grote schaal getekend en daardoor erg globaal. Op een inmiddels verschenen Digitale atlas behorend bij de reconstructieplannen is een gedetailleerdere kaart te vinden waarin een uitsparing in de Groene Hoofdstructuur (GHS) is te zien op het grootste deel van de locatie van de nieuwbouwwijk. De begrenzing van de GHS zal zeker nog wijzigen door de inspraak. De gemeente zal bijvoorbeeld nog vragen aan de provincie om de kaart te corrigeren, omdat de hele landgoederenzone niet in de GHS is opgenomen, wat eerder wel het geval was. -11-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 1186