Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 16929]
Dienst/afdeling: RO
Betreft:
Inleiding
Voorstel
Agendapuntnummer 19 Aantal bijlagen:
Concessie lokaal openbaar vervoer 1-1-2002 tot 1-1-2006
De nieuwe Wet Personenvervoer (WPV) 2000 verplicht decentrale overheden met openbaar
vervoerautoriteit uiterlijk per 1-1-2002 een nieuwe concessie te verlenen voor het openbaar vervoer in
het desbetreffende concessiegebied. De WPV laat daarbij de keuze vrij om een concessie zonder dan
wel met aanbesteding te verlenen.
Wij stellen u voor om de huidige vervoerder, de N.V. B.B.A., een concessie te verlenen voor de
periode van 1-1-2002 tot 1-1-2006 met een verlengingsoptie voor nog twee jaar. Het gaat hierbij om
een concessieverlening zonder aanbesteding.
1instemmen met de voorliggende nieuwe concessie-overeenkomst met de N.V. B.B.A. op
grond waarvan de gemeente Breda aan de N.V. B.B.A. gevestigd te Breda concessie verleent
om voor tenminste een periode van vier jaar, te weten van 1-1-2002 tot 1 -1 -2006, het lokale
openbaar vervoer in de gemeente Breda te verrichten; de hoofdlijnen uit de concessie zijn de
volgende
a) er is een mogelijkheid ingebouwd om, mede afhankelijk van de toekomstige wettelijke
bepalingen, de concessie met twee jaar te verlengen; dit gegeven dient uitgewerkt en
van criteria voorzien te zijn vóórdat het laatste jaar van geldigheid van de dan
vigerende concessie aanbreekt;
b) er vindt een verdere verzakelijking plaats van de relatie tussen enerzijds de
concessieverlener, de gemeente Breda, en anderzijds de concessiehouder, de
N.V. B.B.A.;
c) er vindt een heldere toedeling plaats van taken en verantwoordelijkheden:
- de concessieverlener is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van het lijnennet,
het voorzieningenniveau en de opbrengsten en voor de aanleg en het
onderhoud van infrastructuur;
- de concessiehouder is verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering,
de dienstuitvoering, consumentenmarketing, reisinformatie en busmaterieel,
waarbij de concessiehouder zich verplicht het wagenpark versneld te
vernieuwen;
d) het vervoerpakket 2001 met de bijbehorende prijs, productie-eenheden en -tarieven
fungeert als basissituatie in de zin van referentiejaar voor offertes van de vervoerder
in de jaren daarna;
e) er wordt een bonusregeling ingevoerd, waarbij de concessiehouder 20 van de groei
aan kaartopbrengsten en rijksbijdrage ontvangt, indien deze inkomsten in enig jaar
hoger zijn dan het jaar daarvoor en tevens in absolute zin hoger dan in het eerste jaar
van meting; daarnaast dient het groeipercentage van het aantal reizigers tenminste
25 te bedragen van het groeipercentage van de totale inkomsten;
f) er wordt een malusregeling ingesteld op basis van operationele kwaliteit en
klanttevredenheid, waarbij de concessiehouder boetes moet betalen, indien bepaalde
normniveau's niet gehaald worden; een belangrijke adviserende rol is weggelegd voor
consumentenorganisaties; uiterlijk één jaar na het ingaan van deze concessie wordt
deze malusregeling vastgesteld;
g) diverse consumentenorganisaties hebben een adviserende functie richting
concessieverlener en concessiehouder; daarnaast wordt twee keer per jaar een
platformbijeenkomst gehouden waaraan genoemde partijen deelnemen;
h) de dienstregeling kan niet meer formeel worden vastgesteld in de zin van de
Algemene Wet Bestuursrecht, waardoor ook geen officieel beroep op basis van de
A.W.B. meer ingesteld kan worden;
-1-
