Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 14570] Dienst/afdeling: JZ c. De realisatie van een evenementenhal zal in de omgeving zeker overlast gaan geven. Vooral van wildparkeren mede gelet op de ontsluiting van het terrein op de Moskesweg. In het plan is hieraan naar de mening van appellant onvoldoende aandacht gegeven. d. Verzoekt achter hun bedrijfspand de groenzone door te trekken. e. Hebben verder bezwaar tegen de voorgestelde hoogtes in de "kop van Steenakker". Schending van privacy. Pleiten voor een maximale hoogte van ongeveer 12 meter. Beoordeling. a. Besloten is om een drietal bedrijven aan de Gageldonkseweg vanwege hun grootte en uitstraling, waaronder het onderhavige bedrijf, een bedrijfsbestemming te geven met als zone aanduiding B3. De verkeerssituatie ter plaatse zal vooralsnog niet wijzigen. Ook zal ter plaatse van het bedrijf in de Moskesweg voorlopig nog geen fietspad worden aangeleged vanwege de beperkte breedte van de weg. b. De verkeersintensiteiten op de Gageldonkseweg zullen toenemen vanwege de extra in dat gebied te bouwen woningen. Deze zullen ons inziens echter niet dermate problemen geven dat de bereikbaarheid van het bedrijf van appellant onaanvaardbaar zal worden belemmerd. c. Bij het te bouwen evenementencomplex zal voldoende parkeergelegenheid worden gerealiseerd onder andere in de vorm van een parkeergarage. Hierdoor zal ter plaatse voldoende parkeergelegenheid aanwezig zijn. Bovendien zal bij evenementen met een groot parkeeraanbod via satelietparkeren (op parkeerterrein NAC of elders in de stad) op afstand extra parkeergelegenheid beschikbaar zijn. Bovendien zal de bewegwijzering en routebeschrijvingen voor wat betreft de evenementenhal hiernaar toe worden gericht. Ervaringen met het NAC-stadion hebben geleerd dat wildparkeren weliswaar een punt van zorg is, maar indien zich dit zou voordoen zeker niet onoplosbaar. d. Aan deze bezwaren kan tegemoetgekomen worden. De groenstrook is nu doorgetrokken tot achter hetr perceel van appellant. De plankaart is hierop aangepast. e. De bouwhoogtes zijn van een stedelijk niveau zoals deze reeds zijn gehanteerd bij het aansluitende kantorenpark Westerhagelaan. Nabij de woningen aan de Gageldonkseweg is de toegestane hoogte enigszins beperkt gehouden. Wel zijn de hoogtes achter de woningen aan de Gageldonkseweg en in het middengebied enigszins aangepast. Uitzondering hierop vorm het gedeelte van gebied rechtstreeks gelegen achter de bestaande woningen aan de Gageldonkseweg en gelegen nabij de Backer en Ruebweg. Hier is een hoger accent vanwege de ligging vanuit stedenbouwkundig oogpunt gewenst. Conclusie. Deze zienswijzen voor wat betreft het gestelde onder a en d gegrond en voor het overige ongegrond te verklaren. 13. Autobedrijf Rotel. Inhoud zienswijzen. a. Heeft bezwaar tegen de vrijstellingsbepaling inzake de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens voor het maximaal koppelen van 2 bedrijven en de eis van een dubbele afstand aan de zijde waar niet wordt aangebouwd. Hiermee wordt volgens appellant geen recht gedaan aan duurzaam bouwen (o.a. energie) en intensief ruimtegebruik. b. Fietspad langs het spoor is een bedreiging voor de preventie van crimimaliteit op het bedrijventerrein en het eventuele collectieve beveilingingssysteem. Bovendien vraagt appellant zich af of het bestemmingsplan voldoende mogelijkheden geeft om een eventueel beveiligingssysteem op te zetten ten aanzien van eventueel te realiseren voorzieningen hiervoor. c. Vraagt zich verder af op welke manier een gebouw zou kunnen worden opgericht voor het verplicht te stellen parkmanagement? d. Gelet op de aard van de bedrijvigheid van appellant is het opleggen van een parkeernorm onwenselijk en voor heel Steenakker uiterst ongewenst. Beoordeling. a. Het bedrijventerrein Steenakker is in principe niet opgezet met de principes van intensief ruimtegebruik als uitgangspunt. Opgemerkt moet worden dat duurzaam bouwen en intensief ruimtegebruik een totaal concept vragen. Dit vereist een toegesneden verkaveling en een -13-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 171