Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 14751] Dienst/afdeling: JZ Ad 3. Volgens het bestemmingsplan dient op eigen terrein geparkeerd te worden. Deze voorwaarde leidt niet, zoals in de ontwerpfase van het gebouw is gebleken, tot een architectonisch acceptabel ontwerp op maaiveldniveau. Het bouwperceel omvat geen open gebied. Parkeren onder de grond is onmogelijk aangezien het gebouw over een weg heen gebouwd wordt. Parkeren op de begane grondlaag is voor de beleving en uitstraling van het gebouw ongewenst. Het parkeren zal in de directe nabijheid van het bouwplan gesitueerd worden. Als parkeernorm wordt circa 2 parkeerplaatsen per 100 m2 b.v.o. aangehouden. Het pand heeft 1.200 m2 bvo. Dit betekent dat tussen de 22 en 26 parkeerplaatsen nodig zijn. De parkeerplaatsen, welke specifiek voor werknemers van het kantoor zijn, worden aan de J.W. Frisolaan, zijnde de minst drukke straat in de directe omgeving, gerealiseerd. Daarnaast zullen door de verbreding van het pand vier openbare parkeerplaatsen verdwijnen en deze zullen opnieuw aangelegd worden langs de J.W. Frisolaan. Gelet op het bepaalde in artikel 19, lid 1 WRO heeft uw raad de bevoegdheid de beslissing omtrent het verlenen van een vrijstelling aan zich te houden. Het verzoek om vrijstelling heeft daartoe voor u ter visie gelegen. Naar aanleiding van deze tervisielegging heeft meer dan 1/3 van het aantal leden van uw raad te kennen gegeven dat zij wensen dat de raad beslist over het onderhavige verzoek om vrijstelling. Dit betekent dat uw raad thans moet beslissen of ten behoeve van het onderhavige verzoek om vrijstelling al dan niet de procedure artikel 19,lid 1 WRO gevoerd kan worden. Indien hiertoe besloten wordt, dient het voornemen om medewerking te verlenen gepubliceerd te worden en wordt het verzoek 4 weken tervisie gelegd. Over eventuele zienswijzen dient uw raad dan te besluiten. Als de zienswijzen geen aanleiding zijn af te zien van het verzoek om vrijstelling dan kan de verklaring van geen bezwaar bij Gedeputeerde Staten worden aangevraagd. Ingekomen inspraakreacties Er zijn 127 schriftelijke inspraakreacties* ontvangen. Samengevat komen deze er op neer dat de omwonenden geen kantoorbebouwing op de locatie wensen. Zij vinden het gebouw te hoog en vrezen voor aantasting in de privacy. Vooral vrezen zij dat, gezien het nu reeds bestaande parkeerprobleem in de omgeving, dit onaanvaardbaar wordt vergroot door de komst van een dergelijk groot kantoor. Naar aanleiding hiervan overwegen wij het volgende. Het gebouw is zodanig ontworpen dat aan de zijde van de woningen van de Johan Willem Frisolaan bijna geen glas wordt aangebracht om inkijk, en dus inbreuk in de privacy, te voorkomen. Aan deze zijde bevindt zich ook een liftschacht. Echter, deze bevindt zich achter het dichte gedeelte van het gebouw, zodat ook dit geen inkijk kan veroorzaken. Het zicht van vooral de bewoners aan de noordzijde van het te realiseren kantoorpand zal inderdaad veranderen. Nu kijken zij over het "Oranjeplein" en straks zullen zij tegen een gebouw aankijken. Echter, in een stedelijk gebied is dit een volkomen normaal uitgangspunt. Overal zijn woningen en gebouwen tegenover elkaar geprojecteerd, over het algemeen gescheiden door een openbare ruimte zoals wegen en trottoirs. Ook in de omgeving van de onderhavige locatie, bijvoorbeeld de Ginnekenweg, de Prins Hendrikstraat en de overige omliggende straten, is dit een stedenbouwkundig veel voorkomend beeld. Het stedenbouwkundig doel, verwoord in het bestemmingsplan en uitvoerig neergelegd in de "ruimtelijke onderbouwing", welke onderdeel vormt van de procedure en voor u als bijlage is bijgevoegd, weegt voor ons derhalve zwaarder dan het veranderde uitzicht van de bewoners aan de noordzijde. Hierbij merken wij eveneens op dat door het ontwerp en de situering van het gebouw er naar onze mening geen onaanvaardbare aantasting van de privacy optreedt. Procedure -3-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 248