Artikel 2:4 Organisaties die geen rechtspersoonlijkheid bezitten
Artikel 2:5 Hersteltermijn
Artikel 3:1 Administratie
Artikel 3:2 Overige verplichtingen
Artikel 3:3 Goedkeuring
7. Burgemeester en wethouders kunnen met betrekking tot de subsidieaanvraag nadere regels
stellen.
1. Een aanvraag door een niet rechtspersoonlijkheid bezittende organisatie dient ondertekend te zijn
door ten minste twee, van deze organisatie deel uitmakende, natuurlijke personen.
2. Het bepaalde in artikel 2:3 lid 1 sub b wordt aldus verstaan, dat een opgave wordt verstrekt van
hen die deel uitmaken van de organisatie die subsidie aanvraagt.
3. Het financiële verslag zoals bedoeld in artikel 2:3 lid 1 sub f dient te worden gewaarmerkt door
hen die deel uitmaken van de organisatie die subsidie aanvraagt.
4. Het bepaalde in 2:3 lid 6 is niet van toepassing op organisaties die geen rechtspersoonlijkheid
bezitten.
5. De beslissing op de aanvraag wordt ten name gesteld van de personen die de aanvraag om
subsidie hebben ondertekend.
6. De personen op wier naam een beslissing tot het geheel of gedeeltelijk toekennen van de
subsidieaanvraag is gesteld, zijn persoonlijk en hoofdelijk verantwoordelijk en aansprakelijk voor
de naleving van aan het subsidiebesluit verbonden verplichtingen.
1Wanneer de aanvraag niet voldoet aan de vereisten zoals die gesteld zijn in de Algemene wet
bestuursrecht en het hierboven opgenomen artikel 2:3 en 2:4, wordt een hersteltermijn
gehanteerd van vier weken na dagtekening van het verzoek om de aanvraag aan te vullen.
2. Indien na afloop van de termijn zoals genoemd in lid 1 de aanvraag tot subsidie nog steeds niet
volledig is, besluiten burgemeester en wethouders de aanvraag niet te behandelen
overeenkomstig artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht.
Hoofdstuk 3 Verplichtingen van de subsidieontvanqer
Als verplichtingen als bedoeld in artikel 4:37 eerste lid onder b van de Algemene wet bestuursrecht
leggen burgemeester en wethouders subsidieontvangende organisaties het volgende op:
a. De organisatie verleent aan burgemeester en wethouders of de door hen aangewezen personen
desgevraagd inzage in de administratie en verstrekt inlichtingen die van belang kunnen zijn voor
de beoordeling van de doelmatigheid en de rechtmatigheid van de besteding van de subsidie
en/of voor het naleven van de voorschriften die aan de subsidieverlening zijn verbonden.
b. De organisatie volgt de aanwijzingen op die burgemeester en wethouders in het belang van een
doelmatig beheer en goede administratie kunnen geven.
Als verplichtingen als bedoeld in artikel 4:38 van de Algemene wet bestuursrecht leggen
burgemeester en wethouders subsidieontvangende organisaties in ieder geval het volgende op:
a. Een ruimtelijke voorziening dient naar aard, omvang, inrichting, situering, tariefstelling en uren van
openstelling regelmatig en doelmatig gebruikt te kunnen worden voor het laten plaatsvinden van
subsidiabele activiteiten.
b. De organisatie dient er zorg voor te dragen, dat waar de activiteiten plaatsvinden in een ruimtelijke
voorziening:
1Deze geschikt is voor de in zijn bewegingen beperkte mens;
2. De openstellingen zo veel mogelijk afgestemd zijn op de wensen en behoeften van de
doelgroep(en).
Instellingen waarbij de personeelsformatie subsidiegrondslag is, hebben voorde subsidiabele
personeelsformatie, alsmede wijziging daarin, vooraf schriftelijke goedkeuring van burgemeester en
wethouders nodig.
17-04-200113:54