B. Stichting MEZZ. 06.03.2001. 1. Een budgetsubsidie is conform de eerder qemaakte afspraken. V.k.a. V.k.a. 2. Pag. 20. Van de nota (Jeugd- en jongerencultuur): Door het primaat te leggen bij De Nieuwe Veste wordt eenstuk verantwoordelijkheid bij ons weggenomen en moeten wij ons beperken tot een passief programmerend podium'. Dit is geenszins de opzet. In paragraaf 2.11 zal worden opgenomen dat MEZZ, net als De Nieuwe Veste, beide vanuit hun eigen verantwoordelijkheid, een rol hebben met betrekking tot het stimuleren van de 'actieve deelname' aan cultuur: De Nieuwe Veste in het kader van het verzorgen van de opleidingen en MEZZ onder meer faciliterend. Tekst van de nota conform aan te passen. 3. MEZZ moet meer zijn dan louter een beheerder en exploitant van een zaal en repetitieruimte: het moet het kristallisatiepunt worden van pop- en jongerencultuur. Teneinde het gerezen misverstand uit de wereld te helpen zal de tekst in de nota worden aangepast. Tekst van de nota conform aan te passen. C. Stichting Bach Collegium. 06.03.2001 1. De opzet van het Bach Collegium past door haar projectmatige aanpak niet binnen de aangegeven kaders van paragraaf 7 (artistiek plan). Bach Collegium heeft als gevolg van doel en aard van de activiteiten een 'status aparte' waardoor op dat gezelschap paragraaf 2.8. van toepassing is. Tekst van de nota conform aan te vullen. 2. De planningsperiode van 4 jaar is niet realistisch c.q. te lang. Twee jaar zou voldoende moeten zijn voor een gecoördineerd beleid. Het artistieke plan gaat uit van de systematiek van 'grof naar fijn'. Dat houdt in dat over de laatste jaren van de genoemde periode geen exacte programmering hoeft te worden aangegeven. Ook in het kader van de gemeentelijke financiële meerjaren ramingen (een jaar van tevoren worden de kaders al uitgezet) is het zaak zo vroegtijdig mogelijk geïnformeerd te worden over voornemens die bijvoorbeeld een bijzonder (ook financieel) karakter hebben. Tekst van nota conform aan te passen. 3. Bij de in paragraaf 2.4.2. aangegeven differentiatie met betrekking tot de projectsubsidie is sprake van een 'grove onredelijkheid': er wordt geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende vormen van uitvoeren: een groot koor krijgt even veel als een klein koor. Niet de omvang van een koor maar veel meerde aard van het programma bepaalt de te maken kosten die gemoeid zijn met het realiseren van projecten (aantrekken solisten en orkest, huur koor- en orkestmateriaal en dergelijke). Een groot koor is daartegenover in het voordeel dat 'de eigen achterban' in de regel zorgt voor meer inkomsten dan bij een klein koor het geval is. Tekst van nota ongewijzigd te laten. 4. De hoogte van de subsidie staat in geen verhouding tot de werkelijke kosten bij een grote uitvoering van bijvoorbeeld het Weihnachtoratorium. De keuze van het programma is de eigen verantwoordelijkheid van de organisatie. Subsidie is in beginsel altijd een aanvulling op andere financiële middelen. Jaarlijks worden bij de begrotingsbehandeling de te hanteren normbedragen vastgesteld. Tekst van de nota conform te verduidelijken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 355