Bijlage 1
Kwalitatieve criteria
Behorende bij de éénmalige subsidieaanvraag in het kader van de Subsidieregeling
uitbreiding kinderopvang en buitenschoolse opvang Breda 2001 (artikel 3, lid 8).
Betrouwbaarheid
a) de aanvrager is niet in staat van faillissement, vereffening, surséance van betaling of
akkoord, danwel heeft haar werkzaamheden gestaakt, of verkeert niet in een andere
soortgelijke toestand in gevolge de geldende Nederlandse wetgeving;
b) de aanvrager is geen instelling waarvan het faillissement is aangevraagd of waartegen
een procedure van vereffening of surséance van betaling of akkoord dan wel een andere
soortgelijke regeling, aanhangig is gemaakt;
c) de aanvrager is niet bij een rechtelijke beslissing, die kracht van gewijsde heeft,
veroordeeld geweest voor een delict dat de beroepsmoraliteit van de instelling in het
gedrang brengt;
d) de aanvrager heeft in de uitoefening van haar beroep geen ernstige fout begaan,
vastgesteld op elke grond die de gemeente Breda aannemelijk kan maken;
e) de aanvrager heeft aan al haar verplichtingen voldaan ten aanzien van de betaling van
haar sociale verzekeringsbijdragen en heeft niet regelmatig boetes opgedragen gekregen
voor de betaling van deze bijdragen;
f) de aanvrager heeft aan al haar verplichtingen voldaan ten aanzien van de betaling van
haar belastingen en heeft niet regelmatig boetes opgedragen gekregen voor de betaling
van belastingen;
g) de aanvrager heeft zich niet schuldig gemaakt aan valse verklaringen bij het verstrekken
van de inlichtingen die overeenkomstig punten a tot en met f worden verlangd.
Draagkracht
a) de aanvrager heeft voldoende financiële en economische draagkracht.
Bekwaamheid
a) de aanvrager is vakdeskundig;
b) de aanvrager heeft aantoonbare ervaring;
c) de aanvrager voldoet aan de waarborging en optimalisering van de kwaliteit van de
dienstverlening.
