Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 15967] Dienst/afdeling: ML Betreft: Inleiding Agendapuntnummer: 2 Aantal bijlagen: - 1 - Bodemsanering op het voormalig Gemeentelijk Vervoersbedrijf (Slingerweg 60), fase B. De afgelopen jaren zijn op het terrein van het voormalig Gemeentelijk Vervoerbedrijf aan de Slingerweg diverse bodemonderzoeken verricht. Uit deze onderzoeken blijkt dat de grond over het gehele terrein licht tot sterk is verontreinigd met zware metalen en PAK. Daarnaast zijn op het terrein de volgende plaatsgebonden verontreinigingen aangetroffen (zie bijgevoegd kaartje**): Een voormalige stortplaats. Het betreft een voormalige gracht die is volgestort met afval, waarbij in het afval asbest is aangetroffen. Op het zuidoostelijk terreindeel een verontreiniging met benzine in zowel grond als grondwater. Hier heeft in het verleden een benzine-installatie gestaan. Ter plaatse van de benzineverontreiniging komen tevens verhoogde concentraties chloride in het grondwater voor ten gevolge van de voormalige zoutopslag. Ter plaatse van het reduit in de grond en het grondwater een verontreiniging met gechloreerde koolwaterstoffen. Gechloreerde koolwaterstoffen komen voor in oplosmiddelen en ontvettingsmiddelen. Deze middelen werden in de nabijheid van het reduit opgeslagen. Op het midden van het terrein een verontreiniging met minerale olie in de bodem (grond en grondwater) bij een oude ondergrondse olietank. In het grondwater op het zuidelijke terreindeel verhoogde arseenconcentraties. De oorzaak hiervan is niet bekend, maar heeft naar alle waarschijnlijkheid te maken met verhoogde achtergrondsconcentraties. Het terrein ligt momenteel grotendeels braak, maar de locatie is bestemd als bedrijventerrein. Voordat de locatie kan worden ingericht als bedrijventerrein moeten de bovengenoemde verontreinigingen 2, 3, 4 en 5 worden gesaneerd. De verontreinigde grond die over de gehele locatie voorkomt en de stortplaats hoeven niet gesaneerd te worden voor een bedrijvenbestemming. Als er ten behoeve van de inrichting van het terrein grond van de locatie wordt afgevoerd, dient deze grond overeenkomstig het Bouwstoffenbesluit te worden toegepast. Indien stortmateriaal wordt afgegraven, dient dit afgevoerd te worden naar een geschikte verwerkingslocatie. Zowel bij het afvoeren van de grond als het afvoeren van het stortmateriaal moet rekening worden gehouden met hoge (afvoer)kosten. Ondanks dat de locatie is bestemd als bedrijventerrein moeten de verontreinigingen 2 en 3 vanuit de Wet bodembescherming binnen 10 jaar worden gesaneerd. Van bovenstaande resultaten, behoudens het asbest in het stortmateriaal, zijn wij in januari 1999 op de hoogte gebracht (collegevoorstel: 6200). Het asbest in het stortmateriaal is pas later tijdens de sanering van het noordelijke terreindeel aangetroffen. Sanering noordelijk terreindeel, fase A (reeds uitgevoerd) Omdat de verontreinigingen op het noordelijke terreindeel relatief eenvoudig te saneren zijn, hebben wij in maart 1999 besloten het terrein in fasen te saneren (collegevoorstel: 6785). Fase A betreft de sanering van het noordelijke terreindeel, fase B betreft de sanering van het zuidelijke terreindeel. Tevens hebben wij in verband met het grote kostenverschil gekozen voor een functionele saneringsvariant. Dit betekent dat de bodem zover gesaneerd wordt als noodzakelijk ten behoeve van de toekomstige functie. Voor dit geval betekent dit dat de mobiele verontreinigingen 2, 3, 4 en 5 moeten worden gesaneerd zodanig dat het verspreidingsrisico is weggenomen. De stortplaats en de met zware metalen en PAK verontreinigde grond hoeven alleen verwijderd worden indien de locatie een gevoelige bestemming krijgt. Fase A is inmiddels uitgevoerd. De volgende werkzaamheden zijn hierbij uitgevoerd: 1de olieverontreiniging ter plaatse van de v.m. olietank is in zijn geheel verwijderd (verontreiniging 4); 2. ter plaatse van het nieuw ingerichte speelterrein langs de Hoornwerkstraat is de verontreinigde grond tot minimaal 1 meter minus maaiveld afgegraven en vervangen door schone grond; 3. de nog aanwezige funderingen van de oude gebouwen zijn verwijderd. -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 615