openbaar
heid
6. Onverminderd het bepaalde in artikel 19, tweede lid, en artikel 23 van de
Gemeentewet, vinden de vergaderingen van de commissie in het open
baar plaats, tenzij het openbaar belang zich daartegen verzet of een
particulier belang daardoor onevenredig zou worden bevoordeeld of
geschaad.
7. De voorzitter van de commissie bepaalt, met inachtneming van het
bepaalde in artikel 19, tweede lid, en artikel 23 van de Gemeentewet en
het bepaalde in het achtste lid van dit artikel, welke onderwerpen in een
openbare vergadering en welke onderwerpen in een besloten vergadering
zullen worden behandeld.
vergaderen
met gesloten
deuren
geheimhouding
9.
Indien de commissie in het openbaar vergadert, worden de deuren
gesloten, wanneer tenminste twee van de aanwezige leden dit vorderen
of de voorzitter dit nodig oordeelt.
De commissie beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden
vergaderd. Het besluit daartoe behoeft de stemmen van twee derden van
de aanwezige leden. Over de punten, in een besloten vergadering
behandeld, kan daarin ook een besluit worden genomen.
Het bepaalde in artikel 93 van de Gemeentewet is van overeenkomstige
toepassing, met dien verstande, dat het opleggen van voorlopige
geheimhouding geschiedt door de voorzitter, en dat de opgelegde
voorlopige geheimhouding of geheimhouding in acht genomen wordt door
zowel degenen, die bij de behandeling tegenwoordig zijn alsmede door
hen, die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennis
nemen, zulks totdat de commissie de geheimhouding opheft.
vergaderorde 10. De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de vergadering
van de commissie en is bevoegd, wanneer deze orde op enigerlei wijze
door de toehoorders wordt verstoord, deze de verdere toegang tot de
vergadering te ontzeggen.
11. Hij kan de commissie voorstellen aan een lid, dat door zijn gedragingen
een geregelde gang van zaken belemmert, voor de eerste maal voor de
dag waarop het besluit genomen wordt en bij herhaling voor een be
paalde tijd, maar niet langer dan voor vier vergaderingen, de toegang tot
de vergadering te ontzeggen. Bij aanneming van het voorstel moet het lid
de vergadering onmiddellijk verlaten. Bij weigering doet de voorzitter
hem verwijderen.
12. Indien een lid de toegang tot de vergadering is ontzegd wordt hij van de
presentielijst afgevoerd.
Artikel 12
wijze van 1Indien omtrent enig voorstel door geen van
besluitvor- de ter vergadering aanwezige leden stemming
ming wordt verlangd, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen. Indien
geen stemming wordt verlangd, kan een aanwezig lid niettemin vorderen
dat in het verslag wordt aangetekend dat hij wenst geacht te worden te
reglement bes tuur scommissieopenbaar primair onderwij s
bijlage bij raadsbesluit 16533 d.d. 29 november 2001