Drank- en Horecaverordening Breda 2001 Rubriek: OOV
Nummer: 0050
Artikel 18
Toezicht Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze
verordening zijn belast de bij besluit van burgemeester aangewezen
personen.
Artikel 19
Opsporingsbevoegdheid Met de zorg voor de nakoming van de bepalingen van de hoofdstukken II
en III van deze verordening en met de opsporing van overtredingen
genoemd in artikel 17 zijn naast de in artikel 141 van het Wetboek van
Strafvordering genoemde personen belast de daartoe door burgemeester
en wethouders aangewezen ambtenaren van de gemeente Breda
Artikel 20
Binnentreden van woningen Zij die belast zijn met de zorg voor de nakoming van de bij of krachtens
deze verordening gegeven voorschriften welke strekken tot handhaving
van de openbare orde of veiligheid of bescherming van het leven of de
gezondheid van personen, zijn bevoegd tot het binnentreden in een
woning zonder toestemming van de bewoner.
Artikel 21
Naamsaanduiding/ 1 Deze verordening kan worden aangehaald als "Drank- en Horecaver-
inwerkingtreding ordening Breda 2001".
2 Zij treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand volgend
op die waarin de afkondiging heeft plaatsgevonden.
3 Op dat tijdstip vervalt de Drank- en Horecaverordening Breda 1997.
4 De toestemmingen, ontheffingen, aanwijzingen vergunningen, die zijn
verleend ingevolge de in het vorige lid genoemde verordening dan wel,
voorzover het betreft de voormalige gemeenten Teteringen, Prinsenbeek,
Rijsbergen en Nieuw-Ginneken, ingevolge de desbetreffende Algemene
plaatselijke verordening, worden geacht te zijn verleend ingevolge deze
verordening, voor zover deze in hetzelfde onderwerp voorziet
Gemeenteblad
Gemeente Breda
Paginanummer 7