Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 16174]
Dienst/afdeling: JZ
Oranjeplein is reeds erg groot en de behoefte aan parkeerplaatsen is vele malen groter dan het aantal
aanwezige parkeerplaatsen.
De aan te leggen 22-26 extra parkeerplaatsen zijn dan ook niet als "extra" te beschouwen. De locatie
waar deze worden gesitueerd is een locatie waar ook momenteel geparkeerd kan worden.
Reclamanten stellen voorts dat er onduidelijkheid bestaat omtrent het al dan niet openbaar zijn van de
locatie waar de extra parkeerplaatsen aangelegd zullen worden.
Momenteel is het gebied eigendom van de gemeente en als dit in bovengenoemde zin veranderd
dient de weg aan de openbaarheid te worden onttrokken conform de regelgeving uit de
Wegenverkeerswet. Niet blijkt dat deze procedure gevolgd is of gaat worden.
De parkeersituatie is bij de vorige reclamanten reeds aan de orde geweest en wij verwijzen dan ook
naar het aldaar gestelde.
De komst van het kantoorgebouw brengt inderdaad extra behoefte aan parkeerplaatsen met zich mee.
Zoals reeds gemeld worden deze extra parkeerplaatsen aangelegd langs de Johan Willem Frisolaan
ten behoeve van het personeel en bezoekers van het kantoorpand. Op deze wijze wordt voorkomen
dat bezoekers en personeel gebruik maken van de, nu reeds, druk bezette parkeerplaatsen in de
directe omgeving.
Reclamant stelt terecht dat indien wegen aan de openbaarheid worden ontrokken, de procedure zoals
deze is opgenomen in de Wegenverkeerswet, gevolgd moet worden. Op het moment dat dit aan de
orde is, zal dit conform geschieden.
70. R.L. Slee. Ginnekenweq 170 c
Samenvatting
Reclamante maakt bezwaar tegen afwijken van de randvoorwaarden van het bestemmingsplan
Breda-Zuid, terwijl dit plan pas in november 2000 onherroepelijk is geworden. De afwijkingen in de
breedte zijn nodig (zo stelt de gemeente) in verband met de draagconstructie buiten de tunnelbak,
maar dit wil nog niet zeggen dat dit voor het gehele gebouw zou moeten gelden. Ook de afwijking in
de hoogte, in verband met de doorrijhoogte in de tunnelbak, betekent niet automatisch een verhoging
voor het gehele pand.
Reclamant zet voorts grote vraagtekens bij de gehele parkeersituatie. De gekozen oplossing geeft
grote nadelen voor de omwonenden en betekent een afname van de parkeercapaciteit en
verkeersveiligheid. Bovendien is de parkeersituatie nu al nijpend.
De voorwaarde van parkeren op eigen terrein, en dus inpandig, zou voor een architect een uitdaging
moeten zijn en het economische aspect is niet voldoende om hiervan af te wijken. Voorts vindt
reclamant dat het aantal van 22-26 parkeerplaatsen te weinig is en het juiste aantal zou 40 moeten
zijn.
Ook de verkeerssituatie wordt verslechterd door het realiseren van de parkeerplaatsen aan de Johan
Willem Frisolaan, aangezien er nog meer verkeersbewegingen van en naar het Oranjeplein en de
aanliggende straten zullen komen.
Voorts is er onduidelijkheid bij reclamant over de functie van de parkeerplaatsen. Zijn deze alleen
bedoeld voor werknemers, zoals in de toelichting bij de aanvraag tot vrijstelling is vermeld, of zijn deze
ook bedoeld voor bezoekers, zoals in de inspraakreactie staat te lezen. Hoewel de ontwikkelaar
streeft naar een buurtgebonden functie met de daarbij behorende aantal parkeerplaatsen, is niet
gegarandeerd dat een dergelijke functie ook in het gebouw komt, waarbij tevens niet is te overzien
hoeveel bezoekers met de auto zullen komen.
Reclamant maakt voorts bezwaar tegen de geplande glazen pui aan de zuidzijde van het gebouw,
welke rechtstreeks inkijk geeft in de aan deze zijde gesitueerde slaap-, studeer- en woonkamer in het
appartement. Eveneens is sprake van ongelijkheid aangezien aan de noordzijde, juist in verband met
de door bewoners gevraagde te beschermen privacy, een gesloten wand wordt gerealiseerd Een en
ander klemt te meer nu de afstand van het appartement van appellant tot het nieuwe gebouw slechts
circa 7 meter is, terwijl de afstand aan de noordzijde circa 12 meter bedraagt.
Motivering
-8-