Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 16468]
Dienst/afdeling: JZ
Betreft:
Inleiding
Voorstel
Motivering/Toelichting
Agendapuntnummer 22
Aantal bijlagen:
Het toekennen van een verzoek om planschadevergoeding op gro nd van artikel 49 van de Wet op de
Ruimtelijke Ordening.
Op 11 september 2000 is ingekomen een planschadeverzoek van adviesbureau ROV te Dordrecht,
ingediend namens de heer en mevrouw Pontus, Haagweg 125 te Breda.
Verzoekers claimen als gevolg van de realisering van nieuwbouw nabij het pand Haagweg 125 een
waardevermindering van hun woning.
Bij brief van 4 december 2000 is aan de schadebeoordelingscommissie, de Stichting Adviesbureau
Onroerende Zaken te Rotterdam, opdracht verleend om over het ingediende planschadeverzoek
advies uit te brengen.
Te besluiten tot het toekennen aan verzoekers van planschade op grond van artikel 49 van de Wet op
de Ruimtelijke Ordening, een en ander overeenkomstig het bij dit voorstel behorende concept
raadsbesluit.
Voor het gebied gelegen aan de Rijnstraat/Scheldestraat en omgeving werd een bouwplan ontwikkeld.
Op grond van het voor dit gebied toen geldende bestemmingsplan Heuvel ged. Vestkant e.o. en de
daarin opgenomen bestemmingen en bijbehorende voorschriften kon aan het bouwplan geen
medewerking worden verleend.
Om op korte termijn toch medewerking te kunnen verlenen aan het bouwplan heeft uw raad in de
vergadering van 20 maart 1997 een voorbereidingsbesluit genomen en werd de zogenaamde
anticipatieprocedure opgestart. Nadat door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant de verklaringen
van geen bezwaar waren afgegeven werd bij bsluit van 23 december 1997 de vrijstelling verleend
alsmede bouwvergunning afgegeven.
Namens verzoekers wordt gesteld dat ten gevolge van de planologische mutatie schade geleden
wordt in de vorm van waardevermindering van de betrokken onroerende zaak.
Zoals hiervoor reeds vermeld is het planschadeverzoek ter advisering voorgelegd aan de Stichting
Adviesbureau Onroerende Zaken te Rotterdam.
Op 18 juni 2001 is het definitieve advies van de schadebeoordelingscommissie ingekomen. Het
integrale advies is voor u in het agenda-dossier ter inzage gelegd.
De schadebeoordelingscommissie komt tot de conclusie dat verzoekers door de realisering van de
nieuwbouw nabij het pand Haagweg 125 in een nadeliger positie zijn komen te verkeren, waardoor de
waarde van hun onroerend goed aan de Haagweg 125 te Breda is gedaald.
De opgerichte woonbebouwing bevindt zich grotendeels op gronden waar voorheen slechts de
oprichting van bebouwing van ondergeschikte betekenis (schuren en garages) mogelijk was.
In planologisch opzicht hadden verzoekers zowel in oostelijke als zuidelijke richting zicht op
bebouwing doch deze bebouwing bevond zich op grotere afstand dan de bebouwing zoals die thans is
gerealiseerd.
De gerealiseerde bebouwing die evenwijdig is gelegen aan het perceel van verzoekers is ook hoger
dan de voorheen mogelijke bebouwing. Een vermindering van de lichtinval vooral in de aangebouwde
keuken van verzoekers is een bijkomend gevolg van de oprichting van deze hoge woonbebouwing op
betrekkelijk korte afstand.
Het aan de achterziijde van de tuin van verzoekers gebouwde complex zorgt voor een vermindering
van het uitzicht en draagt bij tot het gevoel opgesloten te zijn
De privacy voor verzoekers is sterk afgenomen, omdat vanaf de verdiepingen van de gerealiseerde
woonbebouwing er inkijkmogelijkheden zijn op de tuin en in de woning van verzoekers.
Doordat de bebouwingsmogelijkheden in het betrokken gebied sterk verruimd zijn heeft dit nadelige
gevolgen gehad voor verzoekers.
Het woongenot is verslechterd en verlies aan privacy, toename van de verkeersdrukte en
geluidsoverlast, verminderde lichtinval en in het algemeen een verstening van de directe omgeving.
-1-