Gemeente Breda
Raadsbesluit
Registratienr: 19705]
Dienst/afdeling: BEL
Artikel 5
Artikel 6
Artikel 7
Artikel 8
Artikel 9
Artikel 10
MM
Belastingtarief
1. De belasting bedraagt per belastingjaar:
a. voor de eerste hond 77,20
b. voor elke volgende hond 127,00
2. In afwijking inzoverre van de voorgaande leden bedraagt de
belasting voor honden, gehouden in kennels die zijn geregistreerd
bij de Raad van beheer op kynologisch gebied in Nederland per
kennel, per belastingjaar 509,00
3. Het tweede lid blijft buiten toepassing indien belastingplichtige schriftelijk verzoekt
de verschuldigde belasting vast te stellen naar het werkelijke aantal honden indien
blijkt dat dit bedrag lager is dan het op voet van het tweede lid bepaalde bedrag.
Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Wijze van heffing
De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.
Ontstaan van belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang
van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, dan wel het aantal honden in
de loop van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectievelijk de hogere belasting ter
zake van het toegenomen aantal honden, verschuldigd voor zoveel vierde gedeelten van de voor
dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht,
respectievelijk de toename van het aantal honden, nog voile kwartalen overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, dan wel het aantal honden in de
loop van het belastingjaar vermindert, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel vierde
gedeelten als er in dat jaar, na het tijdstip van beëindiging van de belastingplicht respectievelijk de
vermindering van het aantal honden, nog volle kwartalen overblijven.
Termijnen van betaling
1. De aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de
laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is
vermeld en de tweede twee maanden later.
2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt, ingeval machtiging is verleend tot
automatische incasso en het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen
gemeentelijke fiscale heffingen 100,00 of meer doch niet meer dan 2.500,00 bedraagt, dat de
aanslagen moeten worden betaald in 10 gelijke termijnen
waarvan de eerste termijn vervalt op de 28e dag van de maand volgende op de maand die in de
dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand
later.
3. De in het tweede lid bedoelde machtiging tot automatische incasso wordt geacht niet te zijn
verleend indien twee van de tien termijnen niet zijn betaald doordat automatische incasso van de
betaalrekening van de belastingschuldige niet mogelijk blijkt dan wel binnen één maand na
afschrijving zijn gestorneerd. Alsdan gelden de betaaltermijnen als bedoeld in het eerste lid.
Nadere regels m.b.t. heffing en invordering
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing
en de invordering van de hondenbelasting.
w