Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 17191] Dienst/afdeling: JZ Betreft: Inleiding Voorstel Motivering/Toelichting Consequenties Communicatie Agendapuntnummer 2 Aantal bijlagen: - Voorstel tot het afwijzen van het verzoek om planschade ex artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening van mevrouw H.W. Knop-Korebrits. Door Overwater Taxatie- en onteigeningsadviesbureau is namens mevrouw H.W. Knop-Korebrits, Kruisstraat 42 te Breda een verzoek om schadevergoeding ex artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening ingediend. Volgens de verzoeker lijdt belanghebbende schade tengevolge van het bestemmingsplan Heilaar-Steenakker. Op 2 mei 2000 is door de Arrondissementsrechtbank Breda de onteigening uitgesproken inzake de eigendommen van mevrouw Knop-Korebrits en is de schadeloosstelling vastgesteld. Verzoekster meent dat de schade voortvloeiende uit het bestemmingsplan Heilaar-Steenakker niet of onvoldoende in deze schadeloostelling is meegenomen en meent hierdoor recht te kunnen claimen op planschade als bedoeld in artikel 49 WRO. Het verzoek om schadevergoeding ex artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening af te wijzen overeenkomstig het bijgevoegde ontwerp-besluit. In het verzoek van Overwater was tevens een claim om planschadevergoeding ex artikel 49 WRO neergelegd naar aanleiding van de bepalingen van het bestemmingsplan HSL/A16. Aangezien de planschadeverzoeken in het kader van de HSL/A16 door het Schadevergoedingsschap HSL-zuid/A16 worden afgedaan is het verzoek voor wat betreft deze planschade voor behandeling doorgestuurd naar het voornoemde schadevergoedingsschap. Het verzoek om schadevergoeding tengevolge van bestemmingsplan Heilaar-Steenakker is voor advies voorgelegd aan de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken (SAOZ). Na beoordeling van het onderhavige verzoek kwamen zij tot de volgende conclusie Belanghebbende is voor de ontneming van haar onroerende zaak overeenkomstig de regels van het onteigeningsrecht volledig schadeloos gesteld. Deskundigen hebben daarbij de waarde van de onroerende zaak bepaald als bestaand object onder de gelding van het bestemmingsplan "Princenhage Noord 1966" waaraan het object zijn hoogste waarde ontleent en daarbij (terecht) de reeds, overeenkomstig het plan Heilaar-Steenakker waarvoor wordt onteigend, gerealiseerde industriële bebouwing buiten beschouwing gelaten. Nu de invloed van het bestemmingsplan Heilaar- Steenakker bij de waardevaststelling niet is meegenomen is de door belanghebbende middels onteigening verkregen waarde ook niet nadelig beïnvloed door de bepalingen hiervan. De planologische maatregelen hebben voor belanghebbende volgens de SAOZ niet geleid tot schade op voet van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening waarvan vergoeding door de onteigening niet of niet voldoende is verzekerd. Zij adviseren dan ook het verzoek van de mevrouw Knop-Korebrits af te wijzen.Voor het volledige advies van de SAOZ wordt verwezen naar het agendadossier. Gelet op het advies van de SAOZ wordt dan ook voorgesteld het verzoek om schadevergoeding af te wijzen. Juridische. Tegen deze afwijzing kan belanghebbende binnen 6 weken na toezending een bezwaarschrift indienen bij de gemeenteraad in het kader van de Algemene wet bestuursrecht. Belanghebbende zal van uw beslissing schriftelijk op de hoogte worden gebracht. -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 10