Gemeente Breda Registratienr: 17479
activiteiten in de productiesfeer. Vanwege de noodzaak van een brede range van aan te bieden
werkzaamheden dienen zoveel mogelijk dienstactiviteiten te worden gehandhaafd, zij het
wellicht op een lager niveau. Maar met name voor de productieactiviteiten zal gezocht moeten worden
naar uitbreiding en verbreding.
1.2. De ontwikkeling van het leerwerkbedriif.
Op dit moment wordt binnen BSW Bedrijven de laatste hand gelegd aan de afronding van de uitbouw
en vormgeving van het leerwerkbedrijf. Voor de huisvesting van het leerwerkbedrijf zijn additionele en
andersoortige kantoren, leslokalen, spreekkamers en instructieruimten noodzakelijk.
1.3. De eisen vanuit de arbowet en het bouwbesluit en groot onderhoud.
Een deel van de gebouwen die in gebruik zijn bij BSW Bedrijven voldoet niet aan de eisen gesteld
vanuit de arbowet. Aanpassingen zijn daarom strikt noodzakelijk. Deze aanpassingen brengen met
zich mee dat alsdan ook voldaan moet worden aan de meest actuele richtlijnen van het bouwbesluit;
hetgeen extra verbouwactiviteiten noodzakelijk maakt. Daarnaast is groot onderhoud aan enkele
gebouwen onvermijdelijk.
2. De aanpak van het onderzoek.
In het rapport "Huisvestingsonderzoek, Herschikking bedrijfsactiviteiten" wordt verslag gedaan van
een onderzoek naar de mogelijkheden van optimalisering van de fysieke infrastructuur van BSW
Bedrijven.
Uitgangspunt bij het zoeken naar de meest acceptabele oplossing is een gedegen inventarisatie van
de huidige ruimtebehoeften zowel in kwalitatieve als in kwantitatieve zin. Deze behoeften zijn in eerste
instantie geprojecteerd op de thans beschikbare gebouwen waarbij een oplossing is ontwikkeld die
bekend staat als "de nulsituatie". Hierbij wordt uitgegaan van een zeer beperkte reallocate van
productieactiviteiten, het ruimtelijk samenvoegen van de activiteiten van het leerwerkbedrijf en de
aanpassingen in het kader van de wet ARBO en het bouwbesluit. Deze nulsituatie biedt echter
onvoldoende adequate oplossingen voor de eisen die gesteld worden vanuit de diverse
bedrijfsprocessen en anticipeert nauwelijks op perspectieven voor de toekomst.
Daarom is een drietal varianten ontwikkeld die in meerdere of mindere mate tegemoet komen aan de
kwantitatieve en kwalitatieve ruimtebehoeften van alle onderdelen van BSW Bedrijven en aansluiten
bij de verwachte wijzigingen in de aard en omvang van productieactiviteiten.
Vervolgens zijn deze varianten getoetst op de beschikbaarheid van bedrijfsoppervlakten, alsmede de
kwalitatieve aspecten zoals de organisatie rondom het productieproces, (bouw-) technische staat van
de gebouwen, de logistiek en de toekomstverwachtingen en uitbreidingsmogelijkheden. Tenslotte zijn
voor deze varianten ramingen gemaakt voor de stichtingskosten en de jaarlijkse huisvestingslasten.
Bij het opstellen van de varianten is met name de klemtoon gelegd op het realiseren van voldoende
magazijnruimten en de daarop afgestemde productieruimten. De reden hiervoor moet gevonden
worden in de hierboven geconstateerde wijzigingen in de WSW-doelgroep. BSW Bedrijven zal voor
een grotere groep medewerkers een werkaanbod moeten creëren binnen het Industrieel Bedrijf, met
name in de eenvoudigere werksoorten als verpakking en assemblage. Vooral op de markt van Value
Added Logistics liggen daarbij de perspectieven. Hiervoor is echter een aanzienlijk groter volume aan
magazijnruimte nodig dan thans voorhanden is. Minimaal is een ruimtecapaciteit nodig voor 5000
palletplaatsen. Een en ander verdient een nadere toelichting.
- In de loop van de jaren tachtig van de twintigste eeuw is in de USA het idee ontwikkeld van
integrale logistiek: het integraal aanbieden van warehousingen en vervoer. Dit werd veroorzaakt door
het feit dat steeds meer productie ging plaatsvinden in de NIC (New industrialised countries). Aanvoer,
opslag en afvoer van producten vergde een steeds betere
organisatie. De nadruk werd verlegd van productie naar dienstverlening. Tevens leidde de
individualisering van het consumentengedrag tot aanpassing van de producten naar bepaalde
marktsegmenten. Daarbij ontstond de behoefte aan activiteiten waarbij de geïmporteerde
goederen van klantspecifieke kenmerken en/of extra's werden voorzien. Het verpakken en ompakken
van, het toevoegen aan en het aanbrengen van modificaties bij deze producten
(value added services) nam een grote vlucht. Deze diensten werden een integraal onderdeel van het
marketingconcept van logistieke ondernemingen, zo ontstond Value Added Logistics (VAL).