Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 16913] Dienst/afdeling: JZ Betreft: Inleiding Voorstel Motivering/Toelichting Agendapuntnummer 4 Aantal bijlagen: - Het toekennen van een verzoek om planschadevergoeding op grond van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. Op 26 januari 2000 en aangevuld bij brief van 29 november 2000 is ingekomen een planschadeverzoek van Stichting Rechtsbijstand te Tilburg, ingediend namens de heer F.J. Termohlen, Kortestraat 10 te Breda. Verzoeker claimt als gevolg van de realisering van woningbouw aan de Johan Willem Frisolaan/Kortestraat en de Marijke Meustraat waardevermindering. Tevens claimt verzoeker planschadevergoeding op grond van de aan zijn perceel in het bestemmingsplan Breda-Zuid gegeven bestemming "Bedrijfsdoeleinden". Bij brief van 20 februari 2001 is aan de schadebeoordelingscommissie, de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken te Rotterdam, opdracht verleend om over het ingediende planschadeverzoek advies uit te brengen. Te besluiten tot het toekennen aan verzoeker van pianschade op grond van arikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, een en ander overeenkomstig het bij dit voorstel behorende concept raadsbesluit. Bij besluit van 22 december 1987 werd aan de Algemene Woningbouwvereniging Breda e.o. vergunning verleend voor de bouw van 56 woningen op een perceel grond gelegen aan de Johan Willem Frisolaan en Kortestraat. Bij besluit van 23 december 1987 werd aan voornoemde woningbouwvereniging vergunning verleend voor de bouw van 19 woningen aan de Marijke Meustraat. De bouwvergunningen werden verleend met toepassing van de anticipatieprocedure ex artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, omdat op grond van de destijds geldende bestemmingsplannen Frisolaan 1961 en Oranjeplein e.o. aan de bouwplannen geen medewerking kon worden verleend. In de vergadering van 22 oktober 1998 heeft uw raad het bestemmingsplan Breda-Zuid vastgesteld. Bij besluit van 8 juni 1999 hebben Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant dit bestemmingsplan (ged.) goedgekeurd. Bij besluit van 14 november 2000 van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is het bestemmingsplan Breda-Zuid onherroepelijk geworden. In het bestemmingsplan Breda-Zuid heeft het perceel Kortestraat 10 van verzoeker de bestemming "Bedrijfsdoeleinden" Verzoeker stelt dat de hiervoor vermelde wijzigingen van de voorheen geldende planologische regimes een waardevermindering van zijn onroerend zaak tot gevolg hebben gehad. Deze schade wordt door hem getaxeerd op 113.445,05 waarvoor verzoeker een beroep doet op planschadevergoeding. Zoals hiervoor reeds vermeld is het planschadeverzoek ter advisering voorgelegd aan de Stichting Adviesbureau Onroerende Zaken te Rotterdam. Op 6 september 2001 is het definitieve advies van de schadebeoordelingscommissie ingekomen. Het integrale advies is voor u in het agenda-dossier ter inzage gelegd. De schadebeoordelingscommissie komt tot de conclusie dat de realisering van het bouwplan van 56 woningen aan de Johan Willem Frisolaan en Kortestraat, waarvoor op 22 december 1987 vrijstelling en bouwvergunning werd verleend, in beperkte mate heeft geleid tot een voor verzoeker in planologisch opzicht nadeliger situatie. De vrijstelling en bouwvergunning van 23 december 1987 voor de realisering van 19 woningen aan de Marijke Meustraat heeft daarentegen niet geleid tot een planologisch nadeliger situatie, waaruit op de voet van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor vergoeding vatbare schade in de vorm van waardevermindering is voortgevloeid. -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 16