6. De gemeente Breda dient de huurvergoedingen over 1999 en 2000, zijnde een totaalbedrag van 653.276,- 6 296.443,72) nog aan het ROC te voldoen. De gemeente is gerechtigd op dit bedrag een bedrag van 380.088,- (e 172.476,41) in mindering te brengen, zijnde de aflossingscomponent over de periode 1997 tot en met 2000. De gemeente verplicht zich derhalve om voor de periode tot en met 2000 nog een bedrag van 273.188,- (e 123.967,31) aan het ROC te voldoen. Artikel 4 Verplichtingen van het ROC 1. Het ROC maakt met ingang van 1 januari 2001 geen aanspraak meer op huurvergoeding ten behoeve van de door het bevoegde gezag gefinancierde en gerealiseerde uitbreiding. 2. De vergoeding zoals bedoeld in artikel 3 lid 2 dient ten goede te komen aan de huisvesting van de leerlingen van het Michaëlcollege. 3. Het ROC neemt de verantwoordelijkheid voor het huisvesten van de leerlingen van het Michaëlcollege van de gemeente over. Zij dient bij deze zorg steeds de ter zake geldende wettelijke voorschriften in acht te nemen, in het bijzonder de wettelijke eisen ter zake van de onderhoudsplicht en de oppervlakte en indeling van gebouwen en terreinen. 4. Het ROC is verplicht alle voorzieningen zodanig uit te voeren dat er sprake is van een adequate huisvesting van de leerlingen. 5. Het ROC kan op geen enkele wijze nog aanspraak maken op vergoedingen van gemeentewege of het tot stand brengen van voorzieningen in de huisvesting door de gemeente op basis van de Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Breda, danwel op andere vergoedingen dan bedoeld in artikel 3 lid 2 van deze overeenkomst. Artikel 5 Bijzondere bepalingen Partijen komen overeen dat ten aanzien van het in artikel 1 lid 1 beschreven object en de huisvesting van de leerlingen van het Michaëlcollege de navolgende bepalingen uit Titel III, Afdeling IA, Hoofdstuk I van de Wet op het voortgezet onderwijs, alsmede de daarop gebaseerde bepalingen in de Verordening voorzieningen huisvesting gemeente Breda, buiten toepassing blijven: a. artikel 76r WVO (vorderingsrecht) b. artikel 76s WVO (verhuur en medegebruik) c. artikel 76u WVO (einde gebruik) d. artikel 76w WVO (informatieverstrekking) Artikel 6 Geschillenregeling 1De partijen zijn gehouden allereerst te trachten in onderling overleg een oplossing te vinden voor verschillen in uitleg en toepassing van de bepalingen van deze overeenkomst. 2. Een geschil wordt geacht aanwezig te zijn indien het overleg zoals bedoeld in het vorige lid niet tot overeenstemming heeft geleid, ook al wordt het geschil als zodanig door slechts een der partijen aangemerkt. 3. Over geschillen naar aanleiding van deze overeenkomst wordt beslist door drie deskundigen, waarbij iedere partij een deskundige benoemt en deze beiden samen een derde als voorzitter. De deskundigen zullen naar redelijkheid en billijkheid beslissen. Hun oordeel geldt als bindend, tenzij partijen voorafgaande aan de behandeling van het geschil afspreken dat de deskundigen een advies geven waarbij de rechtsgang naar de burgerlijke rechter voor partijen nog openstaat. Aldus in tweevoud opgemaakt en getekend te Breda/Bergen op Zoom op 2002. Gemeente Breda stichting Regionaal Opleidingen Centrum West-Brabant C.G.J. Rutten P.C.M. Peeters (burgemeester) (voorzitter College van Bestuur) Pagina 3 van 3

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 301