Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 17009]
Dienst/afdeling: JZ
De commissie acht de bezwaren ongegrond.
c.
het bezwaarschrift (01/182) van J.R. Roeling en J.C.W. Roeling-Gemmeke
De bezwaren (in samengevatte vorm):
1bezwaarden willen hun perceel zelf ontwikkelen, in nauw overleg met de gemeente
2. het nu al vestigen van voorkeursrecht levert gedurende een te lange periode een beperking op
want het ontwikkelen van ons perceel gebeurt in 2004 of later.
Verweer namens de gemeente:
Het voorkeursrecht is eerst van toepassing zodra een eigenaar wil verkopen. Het ontwikkelen van
iemands perceel wordt door het vestigen van voorkeursrecht niet geblokkeerd.
Overwegingen van de commissie: De commissie acht het bovenstaande verweer van de gemeente
juist en sluit zich hierbij aan. De commissie acht de bezwaren ongegrond.
d. het bezwaarschrift (01/183) van C.A.F. van Beek
De bezwaren (in samengevatte vorm):
1de gemeente hindert bezwaarde nodeloos, gemeente blokkeert eigendomsrechten
2. bezwaarde verzoekt de wijze waarop de gemeente omgaat met de Wvg te laten toetsen door de
rechtbank Breda
3. gemeente maakt misbruik van het voorkeursrecht.
Verweer namens de gemeente:
1De vestiging van het voorkeursrecht is procedureel goed verlopen.
2. De bezwaren hebben niet rechtstreeks te maken met het voorkeursrecht.
Overwegingen van de commissie:
ad 1De opvatting dat de gemeente door het vestigen of verlengen van het voorkeursrecht eigenaren
hindert en eigendomsrechten blokkeert, deelt de commissie niet. Overigens staat dit aspect buiten de
behandeling van het hier aan de orde zijnde geschil.
ad 2: toetsing door de rechtbank gebeurt indien een bezwaarde een verzoek doet om een voorlopige
voorziening te treffen of tegen de beslissing op bezwaar beroep instelt bij de rechtbank. De gemeente
heeft niet de bevoegdheid om haar eigen besluiten of handelwijze te laten toetsen door de rechtbank,
ad 3: De commissie heeft geen redenen te veronderstellen dat de gemeente misbruik maakt van het
voorkeursrecht.
De commissie acht de bezwaren ongegrond.
e. het bezwaarschrift (01/184) van P.C. Bloemendaal
De bezwaren (in samengevatte vorm):
De gemeente heeft nagelaten het publiek op eenvoudige wijze voor te lichten, daardoor ontstaat
onzekerheid.
Verweer namens de gemeente:
De gemeente tracht in publicaties en brieven zo helder mogelijk te zijn, onzekerheid is inherent aan de
wet.
Overwegingen van de commissie:
Bezwaarde heeft geen voorbeelden gegeven om zijn stellingen te onderbouwen, nog daargelaten de
vraag of de stelling is aangetoond. De commissie heeft geen reden te veronderstellen dat de
voorlichting onvoldoende is geweest, nog daargelaten de vraag of door de wijze van voorlichting strijd
met een wettelijke bepaling is ontstaan. De commissie erkent dat thans sprake kan zijn van
onzekerheid omtrent tijdsduur en looptijden. De commissie tekent hierbij overigens aan dat
prolongatie van het thans gevestigde voorkeursrecht eerst mogelijk is als tijdig een
(ontwerp)bestemmingsplan ter inzage is gelegd.
-3-