m
Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 17096]
Dienst/afdeling: ML
Consequenties
plannen geactualiseerd dienen te worden, wordt bij deze actualisatie de inhoud van het Waterplan
richtinggevend. Op deze manier wordt gegarandeerd dat de geformuleerde streefbeelden, op termijn,
worden ingebed in de verschillende planvormen van de vier waterpartners.
Concrete maatregelen worden in het Waterplan niet benoemd. Deze zullen worden afgestemd en
vastgelegd in periodieke uitvoeringsprogramma's, die door de vier waterpartners gezamenlijk worden
opgesteld.
Verankering van het Waterplan Breda binnen de organisaties
Om er voor te zorgen dat het Waterplan de gewenste uitwerking heeft, is een goede verankering in
de organisaties essentieel. Het projectteam blijft hiertoe, na vaststelling van het Waterplan Breda, in
afgeslankte vorm voortbestaan en is verantwoordelijk voor de initiatie, het monitoren en het evalueren
van de uitvoeringsprogramma's. De eindverantwoordelijkheid voor het opstellen van de periodieke
uitvoeringsprogramma's ligt bij de Algemeen Directeur van de dienst RME. Hij is hiermee tevens
verantwoordelijk voor de benodigde interne (dienst Stadsbeheer en RME) en externe (de vier
waterpartners) afstemming tussen de organisaties en de synchronisatie met het gemeentelijk
Milieuprogramma.
Bij het vaststellen van uit te voeren projecten wordt - binnen de financiële randvoorwaarden van dat
moment - als maatstaf gebruikt in hoeverre de projecten bijdragen aan de realisatie van één of
meerdere van de geformuleerde streefbeelden en de daarbij behorende maatschappelijke doelen.
Proces
Het Waterplan Breda is tot stand gekomen door een intensieve samenwerking tussen de vier
organisaties. Op bestuurlijk niveau wordt dit traject begeleid door een stuurgroep waarin bestuurders
van de vier organisaties zitting hebben.
Inhoudelijk is er aan het project gewerkt door een tweetal werkgroepen die onder leiding stonden van
een Projectteam (PT). Ook hierin zijn de verschillende organisaties vertegenwoordigd. In het PT was
tevens iemand van de provincie Noord Brabant vertegenwoordigd. Vanuit de gemeente Breda hebben
medewerkers van de dienst Stadsbeheer en RME zitting in zowel de werkgroepen als het PT.
Om te benadrukken dat het Waterplan een gezamenlijk product is en zo het draagvlak te versterken,
heeft er op twee belangrijke momenten in het proces een zogenaamde kapelsessie (vernoemd naar
kasteel Bouvigne) plaatsgevonden. Hierbij hebben alle betrokkenen gediscussieerd over
respectievelijk streefbeelden en oplossingsrichtingen (zie verder paragraaf communicatie).
Bestuurlijk traject
Gezien het feit dat het Waterplan een gezamenlijke product is van vier organisaties, wordt er niet
alleen binnen het bestuur van de gemeente Breda gesproken over het Waterplan Breda.
Ook de (dagelijkse) besturen van het waterschap Mark en Weerijs en het Hoogheemraadschap west
Brabant dienen hun goedkeuring te verlenen.
De Waterleiding Maatschappij Noord-West Brabant zal het Waterplan eveneens officieel vaststellen.
Consultatieperiode en Commentaarnota
In de periode van 6 november tot en met 5 december heeft het Ontwerp Waterplan* voor consultatie
ter inzage gelegen en was er gelegenheid hierop te reageren.
In de commentaarnota* zijn al deze reacties opgenomen (zowel de schriftelijke, als de mondelinge
tijdens de consultatiebijeenkomst, als de digitale via internet). Per reactie is aangegeven wat de
overwegingen zijn en of dit tot een aanpassing aanvulling van het Ontwerp Waterplan leidt.
Het Waterplan Breda zal resulteren in een sterke inspanningsverplichting voor de betrokken
organisaties om, op termijn, de geformuleerde doelstellingen te realiseren. Concrete afspraken over
uit te voeren projecten en de bijhorende financiële aspecten worden gemaakt in de periodieke
uitvoeringsprogramma's die ter goedkeuring aan de gemeenteraad zullen worden aangeboden.
De geformuleerde doelstellingen in het Waterplan Breda worden richtinggevend bij het actualiseren
van alle watergerelateerde plannen en de Stadsvisie. Het Waterplan Breda heeft daarmee dus niet
zozeer consequenties voor vigerend beleid maar wel voor nieuw beleid.
-2-
