Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 18404] Dienst/afdeling: WAM Consequenties Communicatie De schuur en de Vlaamse schuur stammen respectievelijk uit de 18e eeuw en eind 18e, begin 19e eeuw. De parkaanleg van de historische buitenplaats Weiiust bestaat in hoofdzaak uit de omgrachting, die gezien kaartmateriaal tenminste uit het begin van de 19e eeuw stamt, en de direct daaraan grenzende houtwallen c.q. taluds, de oprijlaan met hek en de kleine aanleg in landschappelijke trant. Waardering complex De historische buitenplaats Weiiust is van algemeen belang vanwege: de historische ontwikkeling van de buitenplaats Weiiust, ontstaan vanuit een agrarisch bedrijf met herenkamer dat evolueerde tot een bescheiden, maar daardoor typerende en zeldzame buitenplaats; de waardevolle en samenhangende onderdelen (huis, Vlaamse schuur, schuur, parkaanleg in kleinschalige landschappelijke trant, omgeven door een gracht en voorzien van oprijlaan en hek); de schoonheid van het geheel. Voor de waardering van de verschillende onderdelen van de historische buitenplaats Weiiust zie de bijgevoegde omschrijving van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. De commissie Welstand, Architectuur en Monumenten heeft op 13 februari 2002 een positief advies uitgebracht over de aanwijzing van buitenplaats Weiiust als beschermd monument in het kader van de Monumentenwet 1988. Daarbij heeft zij tevens opgemerkt dat de voorgestelde begrenzing niet geheel aansluit bij de uitgangspunten (van de RDMZ) voor de aanwijzing. In het huidige voorstel is de omgelegde gracht van circa 1970 als grens aangehouden, terwijl het daarmee omsloten terrein expliciet is uitgesloten (perceel van het pand Heusdenhoutseweg 23). Daarmee ontstaat naar de mening van de commissie een onduidelijke situatie. Het voorstel van de commissie is dan ook om de begrenzing aan te laten sluiten op het originele beloop van de gracht, inclusief de oude oprijlaan met de flankerende bomenrijen, hetgeen beter aansluit bij de uitgangspunten van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Dit voorstel van de commissie zal in de brief aan de RDMZ worden meegedeeld. Bij besluitvorming over de aanvraag om het complex aan te wijzen als beschermd monument is het van belang de mening van belanghebbenden in de overweging te betrekken. De gemeente is daartoe, op grond van artikel 3, vierde lid van de Monumentenwet 1988, gehouden betrokkenen in de gelenheid te stellen te worden gehoord. Met de eigenaren van de buitenplaats is 4 april 2002 een gesprek gevoerd. De eigenaren gaan akkoord met de aanwijzing van het complex Weiiust tot historische buitenplaats. Juridisch: Monumentenwet 1988. Op grond van artikel 3, lid 4 van de Monumentenwet 1988 zijn de eigenaren van de buitenplaats gehoord. :da, -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 599