Hoofdstuk 2
Subsidievormen
Hoofdstuk 3 Subsidie voor niet-requliere jeugdsportactiviteiten
Artikel 2:1 subsidievormen
1Voor sportstimulering geiden drie subsidievormen:
a. Subsidie, die beschikbaar kan worden gesteld aan erkende sportverenigingen voor niet-
reguliere jeugdsportactiviteiten en voor sportactiviteiten voor minder-validen en waarvan de
maximale omvang, per vereniging, wordt gerelateerd aan
aa. het aantal, in de gemeente Breda woonachtige, jeugdleden en mindervalide leden; geteld
op 1 januari van het jaar dat voorafgaat aan het subsidiejaar;
ab. de basissubsidie, zoals bepaald in artikel 1:1 lid 3 van de Beleidsregels
subsidieverstrekking Welzijn en Arbeidsmarktbeleid 2002, t.w.
200 voor organisaties zonder rechtspersoonlijkheid
250 voor organisaties met rechtspersoonlijkheid
b. Subsidie, die beschikbaar kan worden gesteld voor andersoortige sportactiviteiten, zoals
genoemd in hoofdstuk 4. Subsidie op basis van deze subsidievorm kan slechts worden
aangevraagd door erkende sportverenigingen, tenzij anders is vermeld;
c. De investeringssubsidie, die slechts kan worden aangevraagd door erkende
sportverenigingen;
2. Het Sportpunt Breda is gemandateerd de subsidies, zoals genoemd in lid 1 onder a. en b. vast te
stellen.
3. Aanvragen voor de subsidievormen, zoals genoemd in lid a onder a en b dienen derhalve te
worden gericht aan het Sportpunt Breda.
4. Overige aanvragen dienen te worden gericht aan de gemeente Breda
Artikel 3:1 voorwaarden en criteria
1. Voor subsidiëring vanuit het genormeerde budget voor sportactiviteiten komen slechts in
aanmejking instellingen, die als sportvereniging zijn erkend.
2. De erkenning wordt slechts op verzoek verleend en geschiedt op basis van artikel 1.1. van de
Beleidsregels subsidieverstrekking Welzijn en Arbeidsmarktbeleid 2002.
3. Daarnaast zijn de volgende aanvullende eisen van toepassing op de te erkennen rechtspersoon:
a. gevestigd zijn in de gemeente Breda;
b. krachtens haar statuten ten doel hebben de beoefening van sport en/of lichamelijke
opvoeding, als amateur, door haar leden;
c. aangesloten zijn bij een als zodanig door NOC*NSF of, gehoord het Sportpunt Breda, door
Burgemeester en Wethouders erkende landelijke, provinciale, regionale of plaatselijke
overkoepelende sportorganisatie;
d. gericht zijn op de uitoefening van een sport die is aangesloten bij NOC*NSF
e. in beginsel toegankelijk zijn voor iedereen;
f. geen bestuursleden hebben die een betaalde functie in de vereniging vervullen.
4. Op een verzoek tot erkenning wordt door de burgemeester en wethouders binnen drie maanden
beslist, gehoord het Sportpunt Breda. Het advies van het Sportpunt Breda ter zake is niet
bindend.
5. De erkenning wordt voor onbepaalde tijd verleend;
6. Burgemeester en wethouders kunnen, gehoord het Sportpunt Breda, een erkenning intrekken
indien:
a. niet of niet langer wordt voldaan aan de erkenningcriteria en/of
b. aan de hand van het daadwerkelijk functioneren van de vereniging kan worden afgeleid, dat
de vereniging niet langer kan worden geacht de aangegeven doelstelling op een naar het
oordeel van burgemeester en wethouders acceptabele wijze te verwezenlijken.
Het advies van het Sportpunt Breda ter zake is niet bindend.
7. Alvorens burgemeester en wethouders besluiten over het intrekken van een erkenning, stellen zij
de betrokken vereniging:
a. van het met redenen omklede voornemen daartoe in kennis.
b. in de gelegenheid om zich omtrent dat voornemen te doen horen, op de door burgemeester
en wethouders te bepalen wijze.
Bijzondere beleidsregels subsidieverstrekking Sportstimulering 2002
2