Hoofdstuk 6 Slotbepalingen de betreffende sportaccommodatie, een en ander voor een periode, gelijk aan de gemiddelde levensduur van de betreffende sportaccommodatie. Bij wijze van uitzondering kan een langdurige (minimaal 10 jaar) huurovereenkomst voldoende zekerheid bieden. 4. Subsidie wordt hoogstens verleend tot een bedrag, maximaal gelijk aan eenderde gedeelte van de door burgemeester en wethouders aanvaarde kostenbestanddelen. 5. Wanneer het gebruik of de bestemming van de accommodatie binnen 10 jaar na subsidiebeschikking wijzigt, dient na rato de subsidie te worden terugbetaald. 6. De werkzaamheden, verband houdende met de investering ten aanzien waarvan het subsidiebedrag voorlopig is vastgesteld, dienen binnen een jaar na de dagtekening van de beslissing waarbij het subsidiebedrag voorlopig is vastgesteld, te zijn voltooid. 7. Burgemeester en wethouders verlengen de in het zesde lid genoemde termijn met één jaar, indien de vereniging aantoont dat zij door omstandigheden buiten haar schuld gelegen niet aan het bepaalde in het zesde lid heeft kunnen voldoen en de voltooiing van de werkzaamheden alsnog binnen een jaar zal geschieden. Artikel 6:1 overgangsbepaling Aan alle verenigingen die, volgens het gestelde in hoofdstuk 3, in aanmerking komen voor subsidie voor niet-reguliere jeugdsportactiviteiten wordt voor het jaar 2003 een subsidie verleend ter hoogte van de subsidie die als jeugdledensubsidie, volgens de Subsidierichtlijn Sportbeoefening Breda van 1 maart 1990, zou zijn verleend. Artikel 6:2 hardheidsclausule In gevallen waarin deze Bijzondere Beleidsregels Subsidieverstrekking Sportstimulering 2002 niet voorzien, beslissen Burgemeester en Wethouders. Artikel 6:3 citeertitel Deze beleidsregels worden aangehaald als "Bijzondere Beleidsregels Subsidieverstrekking Sportstimulering 2002" en treden in werking op 14 februari 2002. Bijzondere beleidsregels subsidieverstrekking Sportstimulering 2002 6

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 73