Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 19455] Dienst/afdeling: EZ Het ontbreken van een goed geoutilleerde grootschalige evenementenaccommodatie en dito evenemententerrein bedreigt derhalve de marktpositie van Breda als evenementenstad en dat strookt niet met de gemeentelijke ambities zoals verwoord in de Stadsvisie 1999-2005 en het economisch, toeristisch en evenementenbeleid. Voorlopig Programma van Eisen Complex Het voorlopig programma van eisen van de evenementenhal gaat op grond van de uitkomsten van het 'Libéma-traject Steenakker' uit een gefaseerde ontwikkeling, waarbij in eerste instantie een modern, veilig en goed geoutilleerd complex moet worden gerealiseerd met minimaal 8.000 m2 netto beursvloer en circa 4.000 m2 aan ruimtes t.b.v. horeca, opslag, kantoor en vergaderfuncties etc. Daarnaast dient nog eens 6.000 m2 te worden gereserveerd voor toekomstige uitbreiding. Met een maximale bezoekerscapaciteit van circa 10.000 bezoekers per dag (ongeveer 250.000 bezoekers op jaarbasis), moet rekening gehouden worden met een maximale parkeerplaatsbehoefte van 2.500 auto's en een fietsenstalling met plusminus 200 plaatsen De totale terreinomvang bedraagt daarmee zo'n 3,5 hectare. Indicatief Programma van Eisen Terrein Qua uitstraling, inrichting en voorzieningen zai het evenemententerrein voldoende kwaliteit moeten bieden om allerlei verschillende soorten evenementen te kunnen huisvesten. Als eerste indicatie voor een voorlopig programma van eisen dient voor infrastructurele zaken rekening te worden gehouden met de aanleg van voldoende parkeergelegenheid (minimaal 5.000 parkeerplaatsen) en ondergrondse infrastructuur in de vorm van water-, stroom- en sanitaire voorzieningen alsmede mediafaciliteiten e.d. Ook zou een tijdelijke kampeervoorziening (een zogenaamde 24-uurs stadscamping) tot de mogelijk heden moeten behoren. Het evenemententerrein moet in ieder geval een groot centraal gelegen open veld voor intensief gebruik herbergen (circa 8-10 ha). Daarnaast is naar schatting nog zo'n 8-10 ha nodig om parkoersen uit te kunnen zetten en kampeerplaatsen te scheppen. In totaal gaat het om een ruimtebeslag van zo'n 20 hectare. Om nieuwe grootschalige evenementen te kunnen accommoderen en ook in de toekomstige groei van bestaande Bredase evenementen te kunnen voorzien wordt een bezoekerscapaciteit van ergens tussen de 10.000 en 50.000 bezoekers per dag als richtlijn genomen. Functionele en Ruimtelijke Onderzoeksfilosofie De functionele onderzoeksfilosofie die hierbij wordt aangehangen kan worden samengevat onder de noemer multifunctionaliteit, met een goede marktconforme exploitatie als economisch randvoorwaarde. Met die verstande dat: A. het een grootschalige gecombineerde binnen en buitenaccommodatie betreft, die voor een veelheid aan tijdelijke festivals, evenementen, beurzen en congressen een duidelijke meerwaarde bezit t.o.v. de bestaande faciliteiten en locaties in de stad; B. het evenementencomplex daarbij vooral een stedelijk en regionaal karakter heeft en het evenemententerrein daarnaast wellicht ook een bovenregionaal karakter zal hebben; C. permanente functies zoals detailhandel, handelshuisactiviteiten, binnen- en buitensportactiviteiten in competitieverband en/of grootschalige kantoorontwikkeling in beginsel niet in het beeld passen, tenzij daarmee duidelijke exploitatietechnische en/of investeringstechnische voordelen kunnen worden behaald, dan wel dat het een duidelijke conceptversterking oplevert; D. door potentiële marktpartijen een exploitatiegarantie over een langere periode dient te worden afgegeven (zo'n 10 jaar), zonder dat daar een exclusiviteitbeding tegenover behoeft te staan; De ruimtelijke onderzoeksfilosofie rond de 'Bavelse Berg' kan worden samengevat als integrale stedelijke ontwikkeling, waarbij een duurzame balans en optimale synergie tussen drie strategische belangen wordt gerealiseerd: economische ontwikkeling (ruimte voor bedrijvigheid), ecologische ontwikkeling (ruimte voor een groen-blauwe wig) en recreatie (realisatie van een evenementencomplex en -terrein als functioneel transferium en overgangsbuffer), ten einde een aantrekkelijke overgang tussen stad en buitengebied én een breed (financieel) draagvlak te creëren. -2- Hfll

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 830