Gemeente Breda Registratienr: 19705]
RaadsvoorstelDienst/afdeling: BEL
Havengeld 2003
Bij de opzet van de 'Verordening precariobelasting Breda 2003' is er voor gekozen om deze uit twee
gedeelten te laten bestaan; namelijk de verordening zelf met de formele en materiële bepalingen en
de tarieventabel met een omschrijving van de belastbare feiten en tarieven. Deze opzet is gekozen
omdat wijzigingen van tarieven op een eenvoudige wijze in de tarieventabel zijn te verwerken zonder
dat de onderlinge samenhang van de artikelen in de verordening verloren gaat. De voornoemde
wijziging heeft geen inhoudelijke wijziging tot gevolg.
Vanwege het gebruik van de Belcrumhaven en de Krouwelaarhaven en de aldaar voor de schippers
aanwezige voorzieningen (drinkwater, mogelijkheid tot afvalverwijdering, enz.), wordt van diegene die
met een vaartuig in een van deze beide binnenhavens aanmeert, een fiscale retributie (zijnde
havengeld) geheven. Het verschuldigde havengeld wordt - door tussenkomst van de havenmeester -
geheven per reisbeweging en per m3 waterverplaatsing van het desbetreffende aangemeerde
vaartuig. Naast het innen van het havengeld draagt de havenmeester dagelijks zorg voor de goede
gang van zaken in beide binnenhavens.
Middels het heffen en invorderen van dit havengeld wordt getracht de - fiscaal te verhalen - kosten
van deze specifieke gemeentelijke dienstverlening te financieren.
Kosten:
De (met inachtneming van artikel 229b Gemeentewet) te verhalen kosten 2003 van deze
gemeentelijke dienstverlening bestaan uit:
Personele kosten c.a. havenmeester (functieschaal 7)
(zijnde 50% totale personele kosten normbedrag Handleiding Overheidstarieven 2003)
Jaarlijkse kosten boot havenmeester
Aan de beide binnenhavens toe te rekenen baggerkosten
Reinigingskosten binnenhavens (dreggen e.d.)
Kosten drinkwatervoorziening
Onderhoudskosten w.o. onderhoud kade, verwijdering afval vaartuigen enz.
Totaal
31.500
6.500
35.000
5.000
1.000
10.000
89.000
Opbrengsten:
Vanwege het gegeven dat er tot op heden ter zake van het gebruik van de binnenhavens nimmer een
grondige kosten-batenanalyse is gemaakt, is er thans een situatie ontstaan waarbij de opbrengsten
havengeld ver achter zijn gebleven bij de fiscaal toerekenbare en te verhalen kosten. Er zijn
tussentijds (in 1997 en in 2002) wel enige tariefverhogingen geweest doch die bleven slechts beperkt
tot een inflatiecorrectie (op basis van het toenmalig aangenomen kostenniveau).
Het bestuurlijke uitgangspunt is volledige kostendekkendheid bij de tarieven van de retributies (tenzij
bestuurlijk uitdrukkelijk is besloten om dit beginsel op onderdelen niet toe te passen hetgeen bij het
havengeld niet het geval is). Om nu ook bij het havengeld te geraken tot een meer aanvaardbaar
niveau van kostendekking wordt voorgesteld om, naast de reguliere jaarlijkse stijging met het
gewogen gemiddelde van het prijsindexcijfer en de loonkostenindex (2003: 5%), met ingang van
belastingjaar 2003 en dat over een heffingsperiode van vijf aaneengesloten belastingjaren(derhalve
tot en met belastingjaar 2007), jaarlijks de Bredase havengeldtarieven supplementair met 10% te
verhogen.
w
-6-