Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 19929] Dienst/afdeling: JZ Betreft: Inleiding Voorstel Motivering/Toelichting Agendapuntnummer: 14 Aantal bijlagen: -1 - Beslissing op het bezwaarschrift van de heer C.S.A. Borremans tegen het besluit van 25 april 2002 tot het vestigen van een voorkeursrecht. Op 19 maart 2002 is het besluit genomen betreffende het vestigen van een voorkeursrecht in de ontwikkelingslocatie Heuvel te Breda. Op 25 april 2002 is het besluit genomen om gronden die zijn gelegen in de ontwikkelingslocatie Heuvel te Breda aan te wijzen als gronden waarop de artikelen 10 tot en met 24, 26 en 27 Wvg van toepassing zijn. Bij brief van 30 augustus 2002 heeft de heer C.S.A. Borremans hiertegen een bezwaarschrift ingediend. Op grond van de Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften is het bezwaarschrift ter advisering in handen gesteld van de Commissie voor bezwaar- en beroepschriften. De commissie heeft ter zake advies uitgebracht.** Wij stellen u voor overeenkomstig het advies van de commissie te beslissen. Dit advies is integraal overgenomen onder de rubriek motivering/toelichting. De ingebrachte bezwaren kennelijk niet-ontvankelijk te verklaren. De commissie voor bezwaar- en beroepschriften heeft het volgende overwogen: Bij brief van 23 september 2002 is de heer C.S.A. Borremans schriftelijk op de hoogte gesteld van het feit dat het bezwaarschrift buiten de bezwarentermijn is ingediend en dat de gronden van het bezwaar dienen te worden aangevuld. Tevens is bezwaarmaker hierbij in de gelegenheid gesteld om de reden van termijnoverschrijding aan te geven en de gronden van het bezwaar aan te vullen, binnen twee weken na dagtekening van de brief. Op 11 oktober 2002 wordt de reactie van de heer C.S.A. Borremans ter post bezorgd. Dit valt buiten de genoemde termijn waarbinnen bezwaarmaker moest reageren. Als reden voor de termijnoverschrijding bij het indienen van het bezwaarschrift wordt door bezwaarmaker aangegeven dat hij de brief van 20 maart 2002, waarin wordt bericht over het besluit van burgemeester en wethouders van 19 maart 2002, niet heeft ontvangen. Gelet op de motivering is de genoemde termijnoverschrijding niet verschoonbaar. In de brief van 6 mei 2002, waarin wordt bericht over het besluit van de gemeenteraad van 25 april 2002, wordt aangegeven dat tegen het besluit van de gemeenteraad een bezwaarschrift kan worden ingediend door belanghebbenden. In de brief van 6 mei 2002 wordt tevens aangegeven dat diegenen die reeds tegen het besluit van burgemeester en wethouders van 19 maart 2002 een bezwaarschrift hebben ingediend, niet opnieuw een bezwaarschrift hoeven in te dienen. Een bezwaar tegen het besluit van 19 maart 2002, wordt thans geacht te zijn gericht tegen het raadsbesluit. Het feit dat bezwaarmaker de brief van 20 maart 2002 niet heeft ontvangen heeft geen gevolgen voor de verschoonbaarheid van de termijnoverschrijding aangezien hij ook nog de mogelijkheid heeft gehad om tegen het besluit van 25 april 2002 bezwaar te maken. Gelet op het bovenstaande worden de inhoudelijke gronden van het bezwaar niet behandeld in de onderhavige procedure. -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2003 | | pagina 104