Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 20426]
Dienst/afdeling: ML
Betreft:
Inleiding
Voorstel
Motivering/Toelichting
Agendapuntnummer: 5
Aantal bijlagen:
Nota "Zicht op Bredaas geluid".
Naar aanleiding van vragen uwerzijds is toegezegd dat er een nota zal worden opgesteld met
betrekking tot geluid. Dit is eveneens opgenomen in het milieuprogramma 2002-2003 als actiepunt 23
(opstellen notitie Zicht op Bredaas geluid). De nu voorliggende nota is hiervan de uitwerking.
1. vaststellen van de nota "Zicht op Bredaas geluid"* en de daarin genoemde 11 beslispunten.
2. voteren van een uitvoeringskrediet ad 590.100 voor de ISV-geluidmodule 2003-2004
uitvoering van deze 11 beslispunten) waarvan 250.000 gedekt wordt uit de ISV-geluidgelden
2003-2004 en 340.100 uit het restant van de ontvangen VROM-subsidiegelden "aanleg stille
wegdekken".
De inliggende nota "Zicht op Bredaas geluid" is van belang om te starten met een nieuwe structurele
aanpak van het komende geluidbeleid zoals eerder al met het thema bodem is gebeurd. De in de nota
genoemde 11 beslispunten t.b.v. de ISV-geluidmodule zijn te verdelen in 3 categoriën;
1. communicatie:
dit omvat in hoofdzaak het opzetten van een algemene communicatiestrategie voor het thema
geluid met bijbehorende communicatiemiddelen en bijzondere aandacht voor
evenementenlawaai, bouwlawaai en scooterlawaai (in samenwerking met de politie).
2. stadsdekkend beeld;
dit omvat in hoofdzaak het opzetten van een geografisch informatiesysteem voor
wegverkeers-, spoorweg- en industrielawaai inclusief de beleving daarvan uitgedrukt in
hinderscores, een onderzoek naar evenementenlawaai en het toetsen van de geluidsituatie bij
horecabedrijven.
3. uitvoeringsprogramma;
dit omvat, na nadere uitwerking, concrete uitvoeringsprojecten om geluidknelpunten op te
lossen maar ook het handzamer en duidelijker maken van noodzakelijke regelgeving.
Mede naar aanleiding van de 'Nota feestregels' gaat deze nota in op de geluidsproblematiek i.r.t.
evenementen.
In deze nota wordt aangegeven dat het van wezenlijk belang is meer aandacht te geven aan de
beleving van geluid dan aan het doorgaan op de traditionele weg van alleen maar rigide normstelsels.
Zo wordt, conform de Milieuvisie Breda 2015, aangegeven dat meer aandacht besteed moet worden
aan de kwaliteit van de woon- en leefomgeving zelf. Daarom moet onderkend worden dat geluidhinder
in belangrijke mate wordt bepaald door de zogenaamde niet-akoestische factoren. Dit zijn factoren die
op zich niets met geluid zelf van doen hebben maar wel oorzaak kunnen zijn van het ondervinden van
meer of minder ernstige hinder. Een belangrijk onderdeel van het geluidhinderbeleid zal daarom aan
communicatie moeten worden gewijd. Dit sluit overigens ook aan bij de komende regelgeving die door
Europa (EU) aan de nationale overheden wordt opgelegd.
Voor wat betreft het geluid zelf zal alle aandacht uit moeten gaan naar de aanpak bij de geluidbron.
Dat is het meest efficiënt.
Een nieuw geluidbeleid moet dan ook het 'confectie'-achtige van de bestaande Wet geluidhinder
vervangen door lokaal maatwerk te gaan leveren zoals de bedoeling was van het MIG (Modernisering
Instrumentarium Geluidhinderbeleid), de tot voor kort beoogde opvolger van de Wet geluidhinder.
Op dit moment heerst echter grote onduidelijkheid over het hoe en wanneer van het MIG. Thans wordt
door het ministerie van VROM met voorrang de bestaande Wet geluidhinder gewijzigd ten behoeve
van de verplichte implementering van de EU-richtlijn omgevingslawaai. Dit moet in 2004 gerealiseerd
zijn.
-1-
