Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 21039] Dienst/afdeling: VERKEER Aangezien dan een hele nieuwe G.R. van kracht zou moeten worden, zijn er procedureel en juridisch omslachtige trajecten nodig. Uiteindelijk is afgesproken, dat een regeling voor onbepaalde tijd akkoord is, indien tegelijkertijd een formeel en niet vrijblijvend evaluatiemoment is vastgelegd. In de pre-ambule van de G.R. is vastgelegd, dat de deelnemers de werking van de regeling uiterlijk in 2005 gaan evalueren. Dat heeft mede te maken met de OV-concessies van Breda (bevoegdheid gemeente over stadsvervoer) en West-Brabant (provinciale bevoegdheid over streekvervoer), die op 1-1-2006 eindigen, afgezien van verlengingsopties. 3. Besluitvorming op basis van gewogen stemverhouding Voor Breda achten wij een gewogen stemverhouding een noodzakelijke voorwaarde voor deelname aan de G.R. KCV. Het principe van een gewogen stemverhouding is ook gevolgd in het geval van bijvoorbeeld de regeling Milieu Afval en de regeling GGD. Na intensief overleg en discussie in het portefeuillehoudersoverleg KCV, is de gewogen stemverhouding opgenomen in de G.R. Elke deelnemer krijgt per 20.000 inwoners of (rest-)deel daarvan één stem. De provincie Noord-Brabant heeft evenveel stemmen als de grootste gemeente, Breda. Het algemeen bestuur besluit bij gewone meerderheid van stemmen. Volgens de genoemde methodiek zijn er 53 stemmen totaal die als volgt verdeeld zijn: 9 stemmen Breda en provincie (samen bijna 34 van de stemmen) 4 stemmen Bergen op Zoom en Roosendaal 3 stemmen Oosterhout 2 stemmen Drimmelen, Etten-Leur, Geertruidenberg, Halderberge, Moerdijk, Rucphen, Steenbergen, Werkendam, Woensdrecht, Zundert 1 stem Aalburg, Alphen-Chaam, Baarle Nassau, Woudrichem. Daarnaast zijn er gedifferentieerde stemverhoudingen, die recht doen aan de verschillen in bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Zo zijn bijvoorbeeld Breda (voorlopig nog) en de provincie bevoegd voor de OV-aspecten van de deeltaxi West-Brabant. Alle gemeenten zijn verantwoordelijk voor het WVG-budget en het WVG-vervoer. 4. Onderscheid beleid versus beheer uitvoering Na overleg is gekozen voor een onderscheid dat gedefinieerd wordt als 'hoofdlijnen versus uitwerking'. Dit onderscheid wordt duidelijker en beter werkbaar geacht. In artikel 9 van de G.R. is de term 'beleidscommissie' geïntroduceerd. Deze ambtelijke commissie ondersteunt het dagelijks bestuur en adviseert over de voorstellen omtrent de hoofdlijnen van beleid en beheer, die het dagelijks bestuur aan het algemeen bestuur doet. De volgende uitwerkingsafspraken zijn gemaakt a) jaarlijks wordt een beleidsdocument KCV opgesteld; b) genoemd onderscheid wordt ook vergadertechnisch aangehouden; c) de beleidsuitwerking wordt naar behoefte ingevuld door aparte werkgroepen dan wel door het bureau KCV, het openbaar lichaam dat de G.R. organisatorisch ondersteunt. 5. Geen reguliere OV-taken in G.R. De G.R. stelt in artikel 3.1 lid c duidelijk, dat de bevoegdheid voor het reguliere openbaar vervoer berust bij de gemeente Breda (voor het lokale OV hier) en de provincie (voor het interlokale vervoer in de regio). Verder wordt in artikel 2.2 lid c gesteld, dat de gezamenlijke deelnemers verdere ontwikkelingen in het KCV willen afstemmen met ontwikkelingen binnen het gehele collectieve personenvervoer, dus inclusief het reguliere OV. Deze afstemming is een goede zaak. In het convenant tussen de 16 Westbrabantse gemeenten en de provincie staat, dat gezamenlijk wordt gewerkt aan een betere bereikbaarheid en leefbaarheid van stad en regio in West-Brabant door een zo optimaal mogelijk stelsel van collectief personenvervoer. Belangrijk hierbij is o.a. een goede afstemming tussen regulier OV en deeltaxi KCV.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2003 | | pagina 121