Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 21039]
Dienst/afdeling: VERKEER
Consequenties
Bevoegdheden samenwerkingsverband
In overleg met alle betrokken partijen is een vernieuwde regeling opgesteld, die mede voorziet in
bovenstaande zaken betreffende de noodzaak van een regeling met rechtspersoonlijkheid en die
rekening houdt met diverse ingediende amendementen en voorstellen voor tekstwijziging.
Daarbij is nauwelijks sprake van overdracht van bevoegdheden. Alleen de provincie Noord-Brabant
draagt haar bevoegdheid tot het nemen van besluiten over de inzet van de OV-subsidie gedeeltelijk over
aan het samenwerkingsverband. Ook worden met de wijzigingen geen extra taken toebedeeld aan het
samenwerkingsverband, onverlet de mogelijkheid van op te dragen intekentaken, zoals eerder vermeld.
Een overzicht van bevoegdheden van het samenwerkingsverband en de deelnemers is beschikbaar
Dienstverleningsovereenkomst
De gemeente Breda heeft met de andere deelnemers aan het samenwerkingsverband in 2000 een
dienstverleningsovereenkomst afgesloten. Breda fungeert hierbij als 'gastgemeente' voor de andere
gemeenten en de provincie voor wat betreft de uitvoering van diverse ondersteunende taken en het
verlenen van faciliteiten. Voorgesteld wordt de rechten en plichten voortvloeiend uit deze overeenkomst
(de "Dienstverleningsovereenkomst voor de Regeling voor het Kleinschalig Collectief Vervoer") over te
dragen aan het nieuwe samenwerkingsverband. Die overdracht is gewenst omdat de overeenkomst
aangepast moet worden vanwege de toetreding van de provincie Noord-Brabant en de gemeenten
Aalburg en Alphen-Chaam. Ook als gevolg van opmerkingen van de accountant bij de beoordeling van
de jaarrekeningen is een nadere uitwerking van een aantal afspraken nodig. Nadat de rechten en plichten
uit de dienstverleningsovereenkomst overgedragen zijn aan het samenwerkingsverband, zullen de
deelnemers aan het samenwerkingsverband in overleg met de gemeente Breda tot de benodigde
wijziging van de overeenkomst overgaan. Het personeel van de ondersteunende organisatie (3,5 fte) blijft
in dienst van gastgemeente Breda.
Kort samengevatvoor Breda als dienstverlener verandert er dus niets, voor Breda als afnemer van
ondersteunende diensten wel.
Procedure
De vigerende "Gemeenschappelijke Regeling Kleinschalig Collectief Vervoer regio Breda" kent een
lichte constructie, zonder rechtspersoonlijkheid en werd in 2000 aangegaan. Nu is opheffing aan de orde
conform artikel 14 van bedoelde regeling. Voorgesteld wordt de huidige regeling op te heffen onder
gelijktijdige inwerkingtreding van de vernieuwde regeling. Ter afronding van de huidige regeling zal een
financiële eindafrekening opgemaakt worden, die in de jaarrekening over 2003 zal worden opgenomen.
Na het positieve besluit van ons college aangaande de vernieuwde gemeenschappelijke regeling
(bevoegdheid voortvloeiend uit de WVG-verordening m.b.t. collectieve vervoersystemen) is van uw raad
een verklaring van geen bezwaar vereist conform artikel 51 lid 2 van de Wet Gemeenschappelijke
Regelingen. Hierbij dient de regeling getoetst te worden aan het algemeen belang.
Begin september 2003 zullen alle deelnemers aan het samenwerkingsverband hun besluitvorming
omtrent de vernieuwde G.R. afgerond dienen te hebben. Volgens planning zal het
samenwerkingsverband vanaf 18 september 2003 bevoegd moeten zijn om als contractpartner voor de
nieuwe uitvoerder van het deeltaxivervoer op te treden.
Op juridisch vlak speelt het feit, dat de gemeente Breda een nieuwe gemeenschappelijke regeling
aangaat.
Qua financiën kan gesteld worden, dat er geen kostenverhoging aan de orde is, omdat de wijziging van
de gemeenschappelijke regeling geen uitbreiding van het takenpakket en/of de formatie tot gevolg heeft.
De toetreding van de provincie Noord-Brabant tot het samenwerkingsverband leidt zelfs tot een daling
van de door de gemeenten te betalen bijdrage per inwoner.