18.1
18.2
-16-
Artikel 17 Wijziging
17.1
Het algemeen bestuur kan een voorstel doen aan de bestuursorganen van de
deelnemende gemeenten en van de provincie tot wijziging van de regeling.
17.2
Een wijziging is tot stand gekomen, wanneer de bevoegde bestuursorganen van ten
minste drievierde van het aantal deelnemende gemeenten en de provincie
gezamenlijk, daartoe hebben besloten.
Artikel 18 Opheffen
De regeling wordt opgeheven, wanneer ten minste drievierde van het aantal
deelnemers daartoe besluiten.
In geval van opheffing van de regeling als gevolg van beëindiging van de
samenwerking besluit het algemeen bestuur tot liquidatie en stelt daarvoor de nodige
regels.
Artikel 19 Over gangs- en slotbepaling
Deze regeling treedt in werking per (PP juni 2003).
De Gemeenschappelijke Regeling Kleinschalig Collectief Vervoer, zoals die per 1
januari 2000 voor onbepaalde tijd in werking is getreden, is opgeheven bij de
inwerkingtreding van deze regeling.
Het algemeen bestuur stelt bij de jaarrekening over het jaar waarin deze regeling in
werking treedt een eindafrekening vast waarin de rechten en plichten van de
deelnemers zijn weergegeven ten aanzien van de opgebouwde investeringen,
reserveringen, lasten en verplichtingen welke behoorden bij de Gemeenschappelijke
Regeling Kleinschalig Collectief Vervoer van 1 januari 2000. Het openbaar lichaam
treedt direct bij de opheffing van de regeling van 1 januari 2000 in de rechten en
plichten welke verbonden zijn aan die regeling. De definitieve vaststelling van deze
rechten en plichten vindt plaats bij de eindafrekening van de opgeheven regeling van
1 januari 2000.
Artikel 20 Citeerartikel
Deze regeling kan worden aangehaald als 'Gemeenschappelijke Regeling KCV West-
Brabant 2003'
GR KCV West-Brabant 2003, versie tbv besluitvorming gemeenten en provincie