Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 21804]
Dienst/afdeling: CAJZ
De effecten van dit artikel kunnen diep ingrijpen in de persoonlijke levenssfeer. Er dient dan ook
terughoudend mee omgegaan te worden. Er is geen sprake van een strafrechtelijke maatregel. Het
betreft een bestuurlijke maatregel ter bescherming van de openbare orde. Negeren van het bevel is
gesanctioneerd in artikel 184 van het Wetboek van Strafrecht.
De burgemeester heeft op basis van dit artikel de mogelijkheid ernstige overlastveroorzakers uit een
aangewezen gebied te weren. De maatregel is een uiterste middel om overlast in een gebied tegen te
gaan. Het is een sluitstuk op een totaal pakket aan maatregelen om de veiligheid in een gebied te
verhogen. In dit kader moet gedacht worden aan zorg voor verslaafden en het nemen van fysieke
maatregelen in de sfeer van beheer van het betreffende gebied. Ook kan gedacht worden aan die
situaties, waarin het uitdelen van waarschuwingen, het geven van aanwijzingen en het uitdelen van
bekeuringen door de politie niet leidt tot afname van de overlast.
Evenals bij het aangescherpte samenscholingsverbod geldt ook hier dat er een zeer goed gemotiveerd
besluit genomen moet worden. Het is aan de politie om een duidelijk persoonsgericht dossiers aan de
burgemeester te overleggen op basis waarvan een dergelijk bevel kan worden uitgevaardigd. Bij de
toepassing de beleidsuitgangspunten gelden zoals als bijlage 1 bij dit voorstel zijn gevoegd.
Tegen het besluit van de burgemeester kan bezwaar worden gemaakt, en vervolgens beroep worden
ingesteld.
3. Veiligheidsrisicogebied (preventief fouilleren).
Een derde nieuw instrument betreft de aanwijzing van een zogenaamd "veiligheidsrisicogebied". Dit
instrument is sinds enige tijd opgenomen in de gemeentewet, artikel 151b. Dit artikel is als bijlage 2 bij
het voorstel gevoegd. De bedoeling van de wetgever was daarbij om, ter handhaving van de openbare
orde, het gebruik en de aanwezigheid van wapens te kunnen bestrijden. Aanwijzing van een
veiligheidsrisicogebied geeft de Officier van Justitie de bevoegdheid om onderzoek te gelasten naar de
aanwezigheid van wapens en munitie met betrekking tot verpakkingen van goederen, bagage,
vervoermiddelen en kleding. Hoewel er op dit moment nog geen concrete aanwijzingen zijn dat de
aanwezigheid van wapens gaat leiden tot verstoring van de openbare orde, is dat risico geenszins uit te
sluiten. Mocht de situatie zich wel voordoen dan gaat er teveel tijd overheen indien deze bevoegdheid
eerst nog door de raad vastgesteld zou moeten worden. Om die reden is het wenselijk om dit instrument
nu reeds in de APV op te nemen.
Het voorgestelde artikel luidt als volgt:
Artikel 65b. Veiligheidsrisicogebieden
De burgemeester kan overeenkomstig artikel 151b van de Gemeentewet bij verstoring van de openbare
orde door de aanwezigheid van wapens, dan wel bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, een
gebied, met inbegrip van de daarin gelegen voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij
behorende erven, aanwijzen als veiligheidsrisicogebied.
In 2002 is het artikel 151b in de Gemeentewet opgenomen, waarmee burgemeesters de bevoegdheid
krijgen om zogenoemde veiligheidsrisicogebieden (een gebied waar, door de aanwezigheid van wapens
de openbare orde verstoord wordt) aan te wijzen. Officieren kunnen op grond van de artikelen 50, 51 en
52 Wet wapens en munitie, gelasten binnen het aangewezen veiligheidsrisicogebied voor maximaal
twaalf uur per keer preventief te fouilleren.
Het voorgestelde artikel biedt de burgemeester de mogelijkheid om gebieden aan te wijzen waarin de
officier van justitie de controlebevoegdheden kan uitoefenen die genoemd worden in de artikelen 50, 51
en 52 Wet wapens en munitie; het onderzoeken van vervoermiddelen en eenieders kleding alsmede te
vorderen dat verpakkingen die men bij zich draagt, worden geopend.
De officier van Justitie geeft na het besluit van de burgemeester vervolgens een last af aan de politie
waarin de datum, tijd, plaats en bevoegdheid vermeld staan. Voor elke actie die gehouden wordt in een
wijk moet een last worden afgegeven. De termijn van de last mag de twaalf uur niet overschrijden.
De procedure en werkwijze moeten worden vastgelegd in een Protocol Preventief Fouilleren.
-3-