Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 21711]
Dienst/afdeling: ROSV
Bij doel: Zeggenschap
SWOB
De Stichting Woonconsumentenorganisaties Breda geeft de woonconsument een stem in het stedelijk
overleg over wonen en aan de Woontafel. De afgelopen jaren heeft de SWOB een
professionaliseringsslag gemaakt waardoor zij een belangrijke partner is in het bereiken van het doel de
zeggenschap van de woonconsument te vergroten. De SWOB heeft ook een belangrijke adviserende rol
in de uitwerking van Maatwerk Wonen. In de jaren 90 hebben de gemeente en de SWOB een convenant
met elkaar afgesloten; in 2002 is dit convenant geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie en de rol die de
SWOB de komende jaren wil vervullen - o.a. vastgelegd in het SWOB Beleidsplan 2001-2004 - is in
concept een nieuw convenant opgesteld waar beide partijen momenteel in principe een akkoord over
hebben bereikt (college omslag 21310). Gelet op de prestaties die de SWOB de komende jaren wil
leveren en die in het concept convenant zijn opgenomen, is voor een periode van 3 jaar een extra
subsidiebijdrage nodig van 70.220 per jaar. In college omslag 21310 is aangegeven wat de
procesgang is om tot afspraken te komen na die drie jaar. Voorgesteld wordt het bedrag van 217.043
(inclusief 3% indexering) voor de 3 jaar in één keer te reserveren in de reserve Volkshuisvesting 2003.
Vraagarticulatie 'Wat beweegt ouderen?'
Het Bredaas Centrum voor Gehandicaptenzorg (BCG) en de SWOB zijn gezamenlijk een project gestart
om meer inzicht te krijgen in de vraag en de wens van oudere inwoners in Breda Noordoost en om de
doorstroming onder deze groep te bevorderen. Uit de gegevens van organisaties werkzaam in het gebied
blijkt dat er vele ouderen zouden willen verhuizen, mits het juiste aanbod voorhanden is. De BCG en de
SWOB willen door een zogenaamde 'achterbanraadpleging' actief oudere bewoners van Breda
Noordoost benaderen en inventariseren wat de woonwensen van deze mensen zijn in de huidige
situatie. Doel van het project is keuzes in woonwensen te formuleren die in 2 a 3 jaar gerealiseerd
moeten kunnen worden. Vervolgens wordt bepaald wat de inzet van de bewoners is op de
mogelijkheden. Het project richt zich daarmee ook op het scheppen van een zelfstandige positie van de
betrokken bewoners als procesaanstuurders (bv collectief opdrachtgeverschap). Dit project maakt
onderdeel uit van Geschikt Wonen voor ledereen in Breda Noordoost. Voorgesteld wordt voor dit project
20.000 beschikbaar te stellen uit de reserve Volkshuisvesting 2003.
Kwaliteit woningen ouderen
WE Hendrik 3 laan
In de nota Perspectief Wonen is aangegeven dat opplussen bij WE's gestimuleerd moet worden; dit door
goede informatieverstrekking en mee te denken over oplossingsrichtingen bij knelpunten die ontstaan.
Het is echter geen beleid van de gemeente om eigenaar-bewoners in de toekomst te gaan subsidiëren
voor het opplussen van hun collectieve ruimten. Het opplussen van de WE aan de Grote Spie wordt nu
wel voorgelegd om voor subsidie in aanmerking te komen. In dit complex aan de Grote Spie moet gezien
de hoge gemiddelde leeftijd (tussen de 70 en 75 jaar) op korte termijn wat gebeuren, of vele bewoners
zullen de komende jaren noodgedwongen moeten verhuizen. Door dit project als voorbeeld te gebruiken
kan door de gemeente tevens inzicht worden verkregen in de knelpunten waar een WE tegen aanloopt;
daarnaast biedt het de mogelijkheid om aan de hand van een concreet voorbeeld te kijken naar de
overlap tussen opplussen en de WVG. Op deze manier kan binnen de gemeente ook een werkmethodiek
worden ontwikkeld voor toekomstige aanvragen/ projecten. De eerste stap was te bepalen wat er precies
moet worden aangepast in de collectieve ruimten. Om dit inzicht te krijgen, heeft de gemeente opdracht
gegeven aan Bureau SOAB de technische kant in beeld te brengen en een kostenindicatie te geven; dit
rapport is als bijlage bijgevoegd. De WE heeft bij meerdere partijen (gemeente, Provincie) een subsidie
aanvraag alswel een aanvraag bij de WVG ingediend; de komende periode moet worden onderzocht of
het project financieel haalbaar blijkt (dus ook het bewonersdeel) en wie wat betaalt. Vanuit de reserve
Volkshuisvesting wordt voorgesteld hiervoor maximaal een bedrag van 180.000 te reserveren. Dit
bedrag is gebaseerd op dezelfde regels die tot nu toe voor de woningcorporaties gelden: 4.500 per
woning.
-3-