Gemeente Breda
Ons kenmerk
1.2003.0231.001 t/m4
Paginanummer
2 van 2
Na die toetsing is o.m. (ook Hazeidonk en Hoogeind langs de A27) deze, langs de A 16 en op
het terrein van RWZI Nieuwveer gelegen, plaats overgebleven. Er is al een bouwvergunning
voor één binnen het bestemmingsplan buitengebied passende windmolen op dat terrein
verleend. Daarbij is onderzoek naar o.a. geluidhinder gedaan. De molens komen niet in de
GHS en het landschap aan beide zijden van de A16/spoorlijn is vrij vlak met verspreid liggende
boerderijen en bedrijven. De molens komen evenwijdig aan A16 en de spoorlijn en in het
verlengde van de plaats van de al vergunde. Feitelijk grondgebruik per mast 11x11 m. Er is
een stedenbouwkundige onderbouwing en de tegen de voorgenomen vrijstelling ingebrachte
zienswijzen zijn al weerlegd.
Uit een en ander valt op te maken dat de gemeenteraad in redelijkheid tot zijn
voorbereidingsbesluit heeft kunnen komen. In navolging van de uitspraak van de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State No. 2001045631/1 meent de commissie daarom
dat de ruime mate van beleidsruimte die de gemeenteraad, gelet op de aard van de hem
ingevolge de WRO (art. 21) toekomende bevoegdheid, niet wordt overschreden. De commissie
is immers met de gemeenteraad van mening dat de voorgenomen plaatsing van de twee wind
molens in planologisch opzicht niet onaanvaardbaar kan worden geacht. Het
voorbereidingbesluit is nodig om de inmiddels al lopende art. 19, lid 1, WRO-procedure, die
moet leiden tot vrijstelling van het bestemmingsplan voor het plaatsen van de twee
windmolens, te kunnen voeren.
De commissie voegt hier nog het volgende aan toe.
Het gebied waarvoor het voorbereidingsbesluit geldt is zo ruim om de plaats van de binnen dat
gebied te plaatsen windmolens naar aanleiding van tijdens de vrijstellingsprocedure nog
kenbaar te maken zienswijzen eventueel nog te kunnen aanpassen. Ook tegen de nog te
verlenen vrijstelling en bouwvergunning kunnen nog bezwaren worden ingediend die
misschien tot plaatsaanpassing kunnen/moeten leiden.
IV. Conclusie en Advies
Gezien het bovenstaande adviseert de commissie u het volgende besluit te nemen:
De bezwaren ongegrond te verklaren en het bestreden besluit te handhaven.