Aanleiding voor een nieuwe afschriivingsverordening
"Niet alle uitgaven zijn kosten". Veel van de uitgaven die een gemeente doet leiden direct tot kosten,
bijvoorbeeld salarissen en de aanschaf van vakliteratuur. Soms worden er uitgaven gedaan die hun
nuttigheid niet beperken tot een enkel jaar maar over een reeks van jaren strekken.
In de praktijk wordt deze relatie veelal gelegd met relatief grote bedragen. Dit noemt men
investeringen en voorbeelden zijn te vinden in de sfeer van wegen, gebouwen, iet hulpmiddelen,
vervoersmiddelen. Door middel van afschrijvingen worden daarbij de kosten van de
waardevermindering over jaarschijven verdeeld. Zo worden de afschrijvingskosten berekend en wordt
een optimale match van gebruik/baten en kosten gerealiseerd.
Waarom is een juiste kostentoerekening van belang? Als de afschrijvingen te hoog berekend worden
dan leidt dat tot een te hoge lastendruk op dit moment; als de afschrijvingen te laag berekend worden,
worden de lasten naar de toekomst doorgeschoven. Beide effecten zijn niet wenselijk, zeker niet als
een relatie naar (kostendekkende) tarieven wordt gelegd.
Er is een duidelijke aanleiding die uitnodigt tot het schrijven van een afschrijvingsverordening, te
weten: het Besluit Begroten en Verantwoorden 2004 (BBV). Deze nieuwe wetgeving stelt nieuwe
eisen aan het omgaan met investeringen, met een belangrijke trendbreuk per 2004 ten opzichte van
het verleden. Momenteel ontbreekt het ook aan een eenduidige afschrijvingssystematiek binnen
Breda en deze verordening wordt geacht de huidige verschijningsvormen wat meer uit te lijnen. De
keuzes worden overigens ook beperkt door de bestaande (financiële) situatie binnen de gemeente
Breda.
Deze verordening is tot slot te zien als een uitwerking van artikel 10 "waardering en afschrijving vaste
activa" in de Verordening ex artikel 212 Gemeentewet (Verordening Financieel beleid, financieel
beheer en financiële organisatie).
Leeswijzer
Deze verordening begint met enkele definities. BBV maakt een nieuwe opdeling in investeringen nl.
tussen investeringen met een maatschappelijk nut en investeringen met een economisch nut.
Hoofdstuk 2 bevat een uitvoerige inleiding waarin basale elementen van activering en waardering
beschreven worden. In hoofdstuk 3 tenslotte bevat een samenvatting van de beslispunten. In de
bijlage is een tabel met uniforme afschrijvingstermijnen opgenomen.
Beleidsvrijheid
Overigens is het niet zo dat er heel beleidsvrijheid bestaat voor individuele gemeenten. Het Besluit
Begroting en Verantwoording (BBV) geeft zodanige richtlijnen en aanwijzingen dat het aantal vrije
keuzes heel beperkt is. De eigen beleidsruimte was onder het oude gesternte i.e. de
Comptabiliteitsvoorschriften veel groter. Wel is er de vrijheid om met argumenten omkleed af te
wijken van de voorschriften. Die mogelijkheden zijn in de tekst nadrukkelijk aangegeven.
Definities
Investeren is het aanschaffen of in eigen beheer produceren van goederen met een meerjarige
nuttigheid. Deze investeringen noemt men in de balans materiele vaste activa, in het enkelvoud een
actief. Kenmerkend voor investeren is dus het begrip meerjarig. Het (gebruiks)nut is aanwezig
gedurende meerdere jaren en de uit de investering voortvloeiende kosten worden over een aantal
jaren verdeeld, de afschrijvingskosten genaamd.
Afschrijven is het bepalen van de jaarlijkse waardevermindering van een actief i.e. de systematiek om
te bepalen voor welke bedragen de investeringsuitgaven ten laste van het jaarlijkse
exploitatieresultaat komen. Deze verdeling over een reeks van jaren gebeurt om een aantal redenen:
De waardevermindering van de activa geschiedt in een reeks van jaren. Door middel van
afschrijvingen geeft een actief in de balans een realistische weergave van het vermogen
gedurende deze periode. Voorbeeld: de waarde van een vrachtauto ontwikkelt zich gedurende vijf
jaar van oorspronkelijke aanschafwaarde tot restwaarde.
Afschriivingsverordening gemeente Breda
Januari 2004
3