Bijdragen uit reserves Het BBV 2004 verbiedt het in mindering brengen van bijdrages uit reserves op de investering met een bedrijfseconomisch nut en schrijft een zogenoemde bruto verantwoording voor (zie definities). Qua financieel technische uitwerking betekent dit dat de investeringskosten moeten worden geactiveerd zonder dat de bijdrage in mindering wordt gebracht. De bijdrage moet in een reserve worden gestort. Dit leidt tot hogere afschrijvings- en rentekosten in de exploitatierekening. Tegenover deze hogere kosten staat jaarlijks een bijdrage uit de reserve. Dit gebeurt bij resultaatbestemming (=expliciet besluit). Het gevolg hiervan is dat in de balanssfeer de reserve opgenomen moet blijven, met de aantekening dat deze vooralsnog bestemd is ter dekking van de kapitaallasten van reeds gepleegde investeringen. De ingangsdatum van het afschrijven Bij rendabele activa vindt afschrijving al plaats in het jaar van activering zelf om zo een maximale matching met de nuttigheid/baten te realiseren. Daarmee is immers bij het berekenen van de tarieven al rekening gehouden. De eerste afschrijving gebeurt tegen een halve afschrijvingslast omdat daarbij uitgegaan wordt van een gemiddelde investeringstermijn van een half jaar. Dit impliceert qua systematiek ook dat -net zoals nu- gerekend wordt met een halve omslagrente gemiddelde rente over investeringen) in het eerste jaar. Bij onrendabele activa vindt afschrijving eerst in het jaar na activering plaats. Wel wordt in het jaar van activering de halve omslagrente in de exploitatie meegenomen. Bij investering maakt een dienst daartoe een begrotingswijziging waardoor ze (via de stelpost kapitaallasten) budget hiervoor krijgen. In 2004 zal een werkgroep bezien of het zinvol is om het hier beschreven onderscheid tussen rendabele en onrendabele activa in stand te houden. 2.3. Voorschriften in het kader van leasing van vaste activa Een steeds vaker voorkomende vorm van 'eigendom' is het leasen van goederen. Leasen is geen wettelijk omschreven begrip. Vele leasecontracten zijn juridische huurcontracten. Leasecontracten in de vorm van huurkoop of die naar strekking huurkoop zijn, komen eveneens voor. De volgende twee vormen worden onderscheiden: Financiële lease: de juridische eigendom van het desbetreffende actief blijft bij de financier terwijl het economisch eigendom en daarmee het algehele risico bij de eigen organisatie ligt. Operationele lease: heeft betrekking op het ter beschikking stellen van een actief, meer in de vorm van huur. De voor- en nadelen van de eigendom komen geheel of nagenoeg geheel voor rekening van de financier. Ten aanzien van de balanswaardering en afschrijving voor deze activa geldt: Indien uit het geheel van contractvoorwaarden blijkt dat sprake is van financiële, lease, dient het gehuurde te worden geactiveerd als ware het eigen eigendom. In de toelichting wordt aangegeven dat er wel sprake is van economisch maar niet van juridisch eigendom. In de praktische uitvoering betekent dit dat de som van de gedurende de resterende looptijd jaarlijks te betalen leasetermijnen als schuld wordt opgenomen tegenover de activapost. Op de vaste activa die geleasd zijn, wordt volgens de normale regels afgeschreven. Operationele lease daarentegen geeft nooit aanleiding tot activering. Afschrijvingsverördening gemeente Breda Januari 2004 8

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 19