Gemeente Breda Raadsbesluit Registratienr: 22517] Dienst/afdeling: CAJZ 4 Informatie 5 Aannemen van geschenken 6 Declaraties 3.3 Een collegelid of burgemeester die een nevenfunctie wil vervullen anders dan uit hoofde van het ambt, bespreekt dit voornemen in respectievelijk de raad of het college. Daarbij komt tevens aan de orde hoe wordt gehandeld met betrekking tot eventuele vergoedingen en de te maken kosten. 4.1 Een raadslid, collegelid of burgemeester gaat zorgvuldig en correct om met informatie waarover hij of zij uit hoofde van zijn of haar ambt beschikt. Hij of zij verstrekt geen geheime informatie. 4.2 Een raadslid, collegelid of burgemeester houdt geen informatie achter, tenzij deze geheim of vertrouwelijk is en het niet geven van informatie mogelijk is op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur. 4.3 Een raadslid, collegelid of burgemeester maakt niet ten eigen bate of van zijn of haar persoonlijke betrekkingen gebruik van in de uitoefening van het ambt verkregen informatie. 5.1 Geschenken en giften die een raadslid, collegelid of burgemeester uit hoofde van zijn of haar functie ontvangt, worden gemeld en geregistreerd. Geschenken en giften worden niet op het huisadres ontvangen. Indien dit toch is gebeurd, wordt dit gemeld in respectievelijk de raad of het college waar een besluit over de bestemming van het geschenk wordt genomen. De registratie moet geschieden door respectievelijk de griffier dan wel de secretaris. Geschenken en giften zijn eigendom van de gemeente. Er wordt voor de betreffende geschenken en giften een gemeentelijke bestemming gezocht. 5.2 Indien een raadslid, collegelid of burgemeester geschenken of giften ontvangt die een waarde van minder dan 50 Euro vertegenwoordigen, kunnen deze in afwijking van artikel 5.1 worden behouden en behoeven ze niet te worden gemeld en geregistreerd. 6.1 Een raadslid, collegelid of burgemeester declareert geen kosten die reeds op andere wijze worden vergoed. 6.2 Declaraties worden ingediend en afgewikkeld volgens een daartoe vastgestelde administratieve procedure. 6.3 Gemaakte kosten worden binnen een maand gedeclareerd. Eventuele voorschotten worden voor zover mogelijk binnen een maand afgerekend. 6.4 De griffier respectievelijk de gemeentesecretaris is verantwoordelijk voor een deugdelijke administratieve afhandeling en registratie van declaraties. 6.5 In geval van twijfel omtrent een declaratie, wordt deze voorgelegd aan de burgemeester. Betreft het een declaratie van de burgemeester dan wordt deze in een dergelijk geval voorgelegd aan de loco burgemeester. Zonodig wordt de declaratie ter besluitvorming aan de raad of het college voorgelegd. 6.6 Uitgaven worden uitsluitend vergoed als de hoogte en de functionaliteit ervan kunnen worden aangetoond. 6.7 Ter bepaling van de functionaliteit van bestuurlijke uitgaven worden de volgende criteria gehanteerd: - Met de uitgave is het belang van de gemeente gediend en - De uitgave vloeit voort uit de functie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 30