Afvalstoffenverordening Breda 2004
Toelichting
Doelmatig beheer van afvalstoffen Zodanig beheer van afvalstoffen dat daarbij rekening wordt
gehouden met het geldende afvalbeheerplan, dan wel de voor de
vaststelling van het plan geldende bepalingen, dan wel de
voorkeursvolgorde aangegeven in artikel 10.4, en de criteria,
genoemd in artikel 10.5, eerste lid van de wet.
Afvalstoffen afkomstig uit particuliere huishoudens, behoudens voor
zover het afgegeven of ingezamelde bestanddelen van die
afvalstoffen betreft, die zijn aangewezen als gevaarlijke afvalstoffen.
Afvalstoffen, niet zijnde huishoudelijke afvalstoffen of gevaarlijke
afvalstoffen.
Bij ministeriële regeling als zodanig aangewezen afvalstoffen, met
inachtneming van ter zake voor Nederland verbindende verdragen en
van besluiten van volkenrechtelijke organisaties.
Het afvalbeheerplan, bedoeld in 10.3 van de wet.(LAP 2002-2012)
De verordening, bedoeld in 10.23 van de wet.
Inzameling, vervoer, nuttige toepassing of verwijdering van
afvalstoffen.
De handelingen die zijn genoemd in bijlage II B bij richtlijn nr.
75/442/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15
juli 1975 betreffende afvalstoffen.
Verwijdering De handelingen die zijn genoemd in bijlage II A bij richtlijn nr.
75/442/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15
juli 1975 betreffende afvalstoffen.
Grof huishoudelijk afval
Het begrip huishoudelijke afvalstoffen omvat ook grof huishoudelijk afval. Onder grof huishoudelijk afval wordt
verstaan 'huishoudelijke afvalstoffen die te groot en te zwaar zijn om op dezelfde wijze als de andere
huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst te worden aangeboden'.
b. Inzamelen
Het begrip 'inzamelen' is gedefinieerd om uitdrukkelijk vast te leggen dat er sprake is van een brede
omschrijving. Hiervoor is gekozen om recht te doen aan het feit dat een gemeentelijke inzamelstructuur steeds
meer bestaat uit zowel haal- als brengvoorzieningen op verschillende niveaus. Om te kunnen beoordelen of het
verlenen van een inzamelvergunning in strijd is met de gemeentelijke inzamelstructuur, moet dan ook naar dat
geheel van haal- en brengvoorzieningen worden gekeken. Ook voor het innemen van huishoudelijke afvalstoffen
in een winkel, of een brengvoorziening voor textielafval, is een inzamelvergunning nodig (tenzij sprake is van
een aanwijzing op grond van artikel 7). Bovendien maakt een bredere omschrijving van het begrip inzamelen de
veelheid van termen uit de vorige afvalstoffenverordening ('aan te bieden of over te dragen', 'achterlaten', etc.)
overbodig. Wel is een ondergrens aangebracht: voordat sprake kan zijn van inzamelen, dienen de afvalstoffen ter
inzameling te worden aangeboden. Voor de omschrijving van het begrip 'ter inzameling aanbieden' geldt
dezelfde brede invulling met betrekking tot haal- en brengvoorzieningen, nu van de kant van degene die zich van
afval wenst te ontdoen.
h. Gebruiker van een perceel
De omschrijving 'gebruiker van een perceel' sluit aan bij de begripsomschrijving in de VNG-modelverordening
reinigingsheffingen. Deze is opgenomen om te kunnen bepalen dat alleen diegenen die in de gemeente betalen
voor de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen, gebruik mogen maken van de inzamelvoorzieningen (zie de
toelichting bij artikel 13).
i. Straatafval, zwerfafval en illegale dumping
Straatafval wordt gedefinieerd als "huishoudelijke afvalstoffen van zeer beperkte omvang en gewicht, zoals
Huishoudelijke afvalstoffen
Bedrijfsafvalstoffen
Gevaarlijke afvalstoffen
Afvalbeheerplan
Afvalstoffenverordening
Beheer van afvalstoffen
Nuttige toepassing
2