Gemeente Breda
*BRW2004531*
College van Burgemeester en
Wethouders
Secretariaat Veiligheidsregio i.o. Midden- en West-Brabant
T.a.v. dhr. A. van Leeuwen
Fabriekstraat 34
5038 EN TILBURG
Uw brief
2 december 2003
Onderwerp
opmerkingen concept-
Gemeenschappelijke Regeling
Veiligheidsregio Midden- en West-
Brabant
Datum
20 februari 2004
Informatie
5296612 M.L. Kalf-Simon
Correspondentie te richten aan:
Dienst Brandweer
Postbus 2060
4800 CB Breda
Bezoekadres: Tramsingel 71
Stadskantoor
Claudius Prinsenlaan 10
Telefoon (076) 529 30 00
Fax(076) 529 32 40
E-mail: gemeentebreda@breda.nl
Vanaf Breda CS: 10 minuten
lopen,
Buslijnen: 2, 8, 9, 10, 11, 131,
Ons kenmerk
Bijlagen
Geachte heer van Leeuwen,
Naar aanleiding van de brief d.d. 2 december jl. van dhr. Y. Kortmann wil ik u namens het
college van burgemeester en wethouders van Breda onderstaande vragen en opmerkingen
over de concept-Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant
doen toekomen.
1Conform artikel 7 kan ook een raadslid lid zijn van het algemeen bestuur. In volgende
artikelen, zoals artikel 24, is het raadslid echter niet meer opgenomen.
2. Conform artikel 9 lid 2 heeft elk lid in de vergadering één stem. Ons college is van
mening dat er op deze wijze te weinig aandacht wordt gegeven aan de verschillen in
inwonertal en bijdragen van alle deelnemende gemeenten. Wij stellen daarom een
stelsel van gewogen stemmen voor. Onderstaand een voorbeeld hoe dit er uit zou
kunnen zien:
a. gemeenten met minder dan 30.000 inwoners krijgen twee stemmen;
b. gemeenten met een inwonertal tussen de 30.000 en 100.000 krijgen vijf
stemmen;
c. gemeenten met een inwonertal van meer dan 100.000 krijgen tien stemmen.
d. Om een besluit te kunnen nemen kan daarnaast nog de eis gelden dat
minimaal 14 gemeenten voor gestemd moeten hebben.
3. Conform artikel 10 worden de leden van het dagelijks bestuur uit en door het algemeen
bestuur aangewezen. Hoe verhoudt zich dit tot artikel 16; wordt verwezen naar artikel
16 leden 2 en 3? Voorts impliceert artikel 16 dat het algemeen bestuur, alvorens het
dagelijks bestuur te benoemen, eerst de leden van de bestuurscommissies aanwijst. Is
dit ook de bedoeling?
4. Artikel 10 lid 4 lijkt in tegenspraak te zijn met de voorgaande leden van dit artikel.
5. Uit artikel 14 lid 1 blijkt dat het algemeen bestuur de voorzitter aanwijst. Waarschijnlijk
wordt hier bedoeld dat de voorzitter uit het algemeen bestuur wordt aangewezen.
