Reactie college:
Opmerking vraag:
Reactie college:
Opmerking vraag:
5.
Reactie college:
Opmerking vraag:
Reactie college:
ziening. Indien dit het geval is, wil EZA ervoor pleiten dat een andere
vorm van ondersteuning C.q. voorziening wordt ingezet.
Als work first niet het meest geëigende instrument is bestaat altijd de
mogelijkheid een ander reïntegratie-instrument in te zetten
Reïntegratieverordening uitvoeringsbesluit: In dit artikel wordt de
tijdelijke vrijstelling van de sollicitatieverplichting in individuele geval
len geregeld.
EZA stelt de vraag waarom het college zich heeft beperkt tot enkel
een tijdelijke vrijstelling van de sollicitatieverplichtingen terwijl de on
derliggende arbeidsverplichting blijft gelden.
EZA kan zich voorstellen dat de in art. 5 genoemde gevallen ertoe
kunnen leiden dat een tijdelijke vrijstelling van de arbeidsverplichting
in het individuele geval zwaarder dient te wegen dan de inschakeling
in het arbeidsproces.
EZA wil er derhalve voor pleiten dat de bevoegdheid tot het verlenen
van een tijdelijke vrijstelling van de sollicitatieverplichting wordt uitge
breid naar een bevoegdheid tot het verlenen van een tijdelijke vrijstel
ling van de arbeidsverplichtingen.
De opmerking wordt onderschreven. Artikel 5 van de verordening is
dienovereenkomstig aangepast,
Artikel 8. lid 3:
EZA verneemt graag welke criteria gehanteerd zullen gaan worden op
grond waarvan de zorgvuldige afweging tussen de inzet van reïntegra
tietaken en de zorgtaken zal plaatsvinden. EZA pleit ervoor ook hier
uitdrukkelijk de individuele situatie en de persoonlijke omstandigheden
van de cliënten mee te wegen.
Criteria zijn onder andere de beschikbaarheid van voorzieningen, de
belastbaarheid en de mogelijkheid om in het individuele geval arbeid
en zorg op elkaar af te stemmen.
Artikel 9. lid 2:
EZA merkt op dat in dit lid de bevoegdheid van het college om een
volledige ontheffing van de arbeidsverplichting wordt aangestipt. Deze
bevoegdheid wordt echter noch in de integratieverordening en het uit
voeringsbesluit nader uitgewerkt.
Zoals EZA reeds onder artikel 5 heeft opgemerkt, kunnen er naar haar
mening individuele situaties zijn, die een ontheffing van de arbeids
verplichting rechtvaardigen C.q. noodzaken.
EZA verzoekt uw college dan ook de verordening en het uitvoerings
besluit aan te vullen met bepalingen, waarin de bevoegdheid tot het
verlenen van een (tijdelijke) algehele arbeidsverplichting in individuele
gevallen nader wordt ingevuld en gedefinieerd. Hierbij dient het naar
de mening van EZA te gaan om individuele gevallen waarbij er zoda
nig zwaarwegende omstandigheden zijn, dat het belang van het indi
vidu om een tijdelijke ontheffing van de arbeidsverplichting te verkrij
gen het doel van inschakeling in de arbeidsmarkt overstijgt.
De opmerking wordt onderschreven en leidt tot een dienovereenkom
stige aanpassing van artikel 5. Het betreft hier overigens in omvang
zeer beperkte groep.
6. Opmerking vraag: Artikel 10:
EZA plaatst hierbij een vraagteken in hoeverre het aanbieden van
werkstages voor de doelgroepen, geformuleerd in met name de doel
groepen genoemd onder art. la en Ic (uitkeringsgerechtigden ingevol
ge de lOAWen IOAZ en ouderen vanaf 57,5 jaar) haalbaar en reali
seerbaar is.
8
