HOOFDSTUK 3
REGELS TEN AANZIEN VAN ZORGTAKEN
HOOFDSTUK 4 REGELS TEN AANZIEN SCHOLING EN WERKSTAGE
Artikel 5 Zorgtaken
1Aan uitkeringsgerechtigde alleenstaande ouders met kinderen tot 12 jaar wordt bij het
vaststellen van een reïntegratietraject nadrukkelijk rekening gehouden met de individuele
omstandigheden van de betrokkene en het bepaalde in artikel 9, lid 2 en 4 van de wet. Indien
de afstemming tussen de arbeidsinschakeling en de zorgtaak van de ouder niet direct
gerealiseerd kan worden, kan tijdelijk gedeeltelijke of volledige vrijstelling van
sollicitatieverplichtingen worden verleend voor de duur dat het noodzakelijk is deze
afstemming alsnog te realiseren.
2. Aan uitkeringsgerechtigden die ten minste drie maanden de dagelijkse zorg hebben voor
familieleden in de eerste en tweede graad die door welke oorzaak dan ook ernstige fysieke,
verstandelijke op psychische beperkingen hebben kan tijdelijke vrijstelling worden gegeven
van sollicitatieverplichtingen, voorzover deze zorgtaken nog niet kunnen worden afgestemd
met een reïntegratietraject en voor zover niet op andere wijze in de geboden zorg kan worden
voorzien.
Artikel 6 Noodzakelijke scholing
1Scholingstrajecten worden aangeboden aan personen in een reïntegratietraject, met inbegrip
van gesubsidieerde banen, indien scholing noodzakelijk is om instroom in algemeen
geaccepteerde arbeid te realiseren.
2. Deze noodzaak wordt slechts aanwezig geacht als de persoon voorafgaand aan de scholing
aantoonbare inspanningen heeft verricht om instroom in algemeen geaccepteerde arbeid te
realiseren
3. De te starten scholing moet aansluiten bij de mogelijkheden van de betrokkene en de
behoeften op de arbeidsmarkt.
4. Reïntegratiebedrijven moeten gemotiveerd adviseren of voor een persoon scholing
noodzakelijk te achten is en zo ja, van welke aard, op welk niveau en voor welke duur. Hierbij
worden door het reintegratiebedrijf twee vergelijkbare scholingoffertes aangeboden.
5. Als de belanghebbende voor het volgen van de noodzakelijke geachte scholing aanspraak
kan maken op studiefinanciering of op een tegemoetkoming in de studiekosten dan moet de
uitkering beëindigd worden, indien de betrokkene een uitkering ontvangt.
6. Indien een beroepsopleiding geïndiceerd wordt met betrekking tot een noodzakelijk geachte
reguliere opleidingsvorm en geen studiefinanciering meer kan worden verkregen, kan
scholing met behoud van uitkering worden toegestaan onder de volgende voorwaarden:
a. elke vorm en niveau van opleiding is mogelijk, mits aan de voorwaarde wordt voldaan dat
deze de afstand tot arbeidsmarkt zodanig verkleint, dat de belanghebbende naar
verwachting na afloop van het scholingstraject kan instromen in algemeen geaccepteerde
arbeid.
b. De als noodzakelijk vastgestelde scholing mag bij aanvang niet langer van duur zijn dan 2
jaar. Als een noodzakelijk geachte scholingsvorm van maximaal 2 jaar echter door (aan
belanghebbende niet-verwijtbare) omstandigheden langer duurt, dan kan, op individuele
gronden, de periode dat de scholing met behoud van uitkering kan worden gevolgd,
zodanig verlengd worden dat de opleiding kan worden afgerond.
7. Uitkeringsgerechtigden kunnen gedurende de periode dat de noodzakelijke opleiding wordt
gevolgd vrij worden gesteld van sollicitatieverplichtingen. Deze vrijstelling kan maximaal
worden verleend voor de duur en de omvang van de noodzakelijk geachte scholing.
8. Voor personen met arbeidsverplichtingen geldt dat scholing die door het College niet als
noodzakelijk wordt beoordeeld, kan worden gevolgd, mits die scholing niet meer tijd vergt dan