Bijlage bij Raadsbesluit nr. 23446 d.d. 15 juli 2004, betreffende de wijziging van
hoofdstuk 5 van de Tarieventabel 2004.
Hoofdstuk 5 Bouwvergunningen en vrijstellingen
Bouwkosten
5.1.1 Onder bouwkosten wordt in dit hoofdstuk verstaan de aannemingssom (inclusief
omzetbelasting) als bedoeld in paragraaf 1eerste lid, van de Uniforme administratieve
voorwaarden voor uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of
voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten (inclusief omzetbelasting) als
bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is
vervangen of gewijzigd.
5.1.2 Voor de berekening van de verschuldigde leges worden de bouwkosten, indien deze meer
dan 1.000,— bedragen, naar beneden afgerond op een veelvoud van 1.000,—.
5.1.3 Het gestelde in 5.1.1 en 5.1.2 is van overeenkomstige toepassing op de sloopkosten als
bedoeld in 5.11.1 en de aanlegkosten als bedoeld in 5.13.1.
Reguliere bouwvergunning
5.2.1 Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het
verkrijgen van een reguliere bouwvergunning, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel
p, van de Woningwet: 145,38 vermeerderd met 2,06% van de bouwkosten, inclusief de
verschuldigde omzetbelasting, voor zover die bouwkosten de 2.300,— te boven gaan.
5.2.2 Wordt de aanvraag om een reguliere bouwvergunning ingetrokken voordat de gevraagde
vergunning is verleend, dan bedragen de leges in afwijking van het bepaalde onder 5.2.1
20% van het tarief als genoemd onder 5.2.1, met een minimum van 83,88 en een maximum
van 503,25.
5.2.3 Indien in geval van een incomplete aanvraag om een reguliere bouwvergunning de aanvrager
in de gelegenheid wordt gesteld zijn incomplete aanvraag te completeren, wordt het
overeenkomstig 5.2.1 berekende bedrag vermeerderd met 5% van dat bedrag, met een
minimum van 22,37 en een maximum van 111,83.
5.2.4 Indien de aanvraag om reguliere bouwvergunning incompleet is en niet verder in
behandeling wordt genomen omdat de aanvrager, na daartoe in de gelegenheid te zijn
gesteld, de aanvraag niet of onvoldoende completeert, bedragen de leges in afwijking van het
bepaalde onder 5.2.115% van het tarief als genoemd onder 5.2.1met een minimum van
44,73 en een maximum van 251,63.
5.2.5 Indien de reguliere bouwvergunning wordt geweigerd dan bedragen de leges in afwijking
van het bepaalde onder 5.2.120% van het tarief als genoemd onder 5.2.1, met een
minimum van 100,65 en een maximum van 503,25.
5.2.6 Indien de aanvrager schriftelijk verzoekt om overeenkomstig de door burgemeester en
wethouders te stellen voorwaarden, hetzij de ontvankelijkheid van de aanvraag om reguliere
bouwvergunning binnen twee weken te toetsen, hetzij binnen vijf weken, nadat de
ontvankelijkheid is komen vast te staan, een beslissing te nemen over de aanvraag om
reguliere bouwvergunning, dan wordt, indien aan dit verzoek kan worden voldaan, het
overeenkomstig 5.2.1 berekende bedrag, vermeerderd met een toeslag van 100% van dat
bedrag met een maximum van 5.032,53.
5.2.7 Indien de aanvraag om bouwvergunning betrekking heeft op een bouwplan waarvoor pas een
vergunning kan worden verleend nadat door Gedeputeerde Staten een ontheffing hogere
geluidswaarden Wet geluidhinder is verleend, wordt het overeenkomstig het bepaalde onder
5.2.1 berekende bedrag verhoogd met het bedrag aan leges ingevolge de provinciale
legesverordening zoals dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan
de aanvrager is medegedeeld en blijkt uit een begroting die ter zake door of vanwege het
college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als dag van in behandeling nemen de vijfde
werkdag na de dag waarop de begroting van het bedrag aan leges ingevolge de provinciale
legesverordening, aan de aanvrager ter kennis is gebracht.
5.2.8 Het overeenkomstig 5.2.1 berekende bedrag wordt verminderd met 50% van het tarief als
genoemd onder 5.2.1, indien binnen één jaar na de datum van vergunningverlening,
respectievelijk de datum waarop de vergunning van rechtswege is verleend, door de
vergunninghouder schriftelijk wordt verzocht de bouwvergunning in te trekken, mits van de
bouwvergunning geen gebruik is gemaakt, met dien verstande dat restitutie slechts wordt