7 bijlagen 7.1 reglement en taken adviescommissie amateurkunst. 7.2 het artistiek plan Een uit drie, door burgemeester en wethouders aangewezen, personen bestaande commissie. De voorzitter van de adviescommissie is niet woonachtig binnen Breda en heeft een discipline overstijgende professionele kennis betreffende kunst en cultuur. Deze commissie heeft tot taak het college te adviseren met betrekking tot de artistieke component van de amateurkunst in Breda. De zittingsduur van de leden van de commissie is 4 jaar; de leden zijn eenmaal herkiesbaar. De commissie kan in bijzondere gevallen een beroep doen op specialisten betreffende bepaalde disciplines. De commissie heeft de volgende taken: 1. het inhoudelijk adviseren aan burgemeester en wethouders over de indeling van erkende verenigingen in de categorieën van het systeem (kunst als middel, doel en artistieke prestatie als doel). 2. het inhoudelijk adviseren aan het College met betrekking tot de aangevraagde projecten in de categorie "projectsubsidie" en het prioriteren van projecten bij een dreigende budgetoverschrijding. 3. het adviseren over de toegevoegde artistieke waarde van een organisatie die voor het eerst in aanmerking wil komen voor subsidie alsmede de evaluatie van de eerste twee jaar subsidie van een vereniging. 4. het adviseren aan B&W met betrekking tot het niveau van de artistieke leiding wanneer hierover onduidelijkheid bestaat. Inhoudelijk advies Bij het geven van het (inhoudelijk) advies houdt de commissie rekening met de volgende aspecten: 1Artistiek inhoudelijke toets. 2. Het bereik: hoeveel deelnemers zijn er en hoeveel toeschouwers worden verwacht? 3. Belang van de activiteit/organisatie voor de amateurkunst in Breda. 4. Belang van de activiteit/organisatie voor de stad Breda. De in de commissie zitting hebbende personen, dan wel de eventueel aan te trekken specialisten, mogen geen deel uitmaken van de gemeenteraad of college van de gemeente Breda, werkzaam zijn bij de gemeente Breda dan wel bij een van de door de gemeente Breda gesubsidieerde culturele organisaties. Daarnaast mogen zij geen relatie (dirigent, regisseur en dergelijke) hebben met, dan wel gedurende de laatste vier jaar hebben gehad, de organisaties waarvan de artistieke leiding en de prestaties worden beoordeeld en degene die wordt beoordeeld. Het secretariaat van de Adviescommissie wordt verzorgd door de beleidsmedewerker amateurkunst (vakdirectie Cultuur). Het 'artistieke plan' omvat de periode 2002 - 2005 en wordt tussentijds als ijkpunt gebruikt door de 'adviescommissie' bij hun bezoek aan voorstellingen concerten en bij de beoordeling door de gemeente van aanvragen om projectsubsidie. Vanuit beide invalshoeken kan dan worden geconstateerd of de (voorgenomen) prestaties en presentaties passen binnen de uitgangspunten van de artistieke plannen. Na afloop van de planperiode worden de plannen geëvalueerd door de adviescommissie Amateurkunst. De verenigingen dienen een eigen evaluatie in waarin zij een kritische beschouwing geven over op welke manier zij uitvoering hebben gegeven aan hun eigen voornemens en of dat uiteindelijk heeft geleid tot een bepaalde (artistieke) ontwikkeling. In die gevallen waarin bepaalde aspecten naar de mening van de subsidieaanvrager niet van toepassing zijn dan wel niet kunnen worden beantwoord in het kader van de aard van de organisatie 10

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 30