Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 23445]
Dienst/afdeling: JP
de doorgroeistatus te geven waarbij bestaande concentraties van glastuinbouwbedrijven ruime
uitbreidingsmogelijkheden krijgen en nieuwvestiging mogelijk is.
Tenslotte is onlangs het voorontwerp van het Uitwerkingsplan voor de Stedelijke regio Breda-Tilburg
vrijgegeven voor inspraak. In dit voorontwerp wordt voorgesteld het glastuinbouwontwikkelingsgebied
rond Prinsenbeek de doorgroeistatus te geven en incidentele nieuwvestiging en omschakeling naar
glastuinbouw. Dit beleid past uitstekend binnen het thans vigerende bestemmingsplan Buitengebied
Prinsenbeek met zijn maximalisering aan oppervlakte kas. Wij kunnen ons overigens vinden in dit
onderdeel van het uitwerkingsplan. Voor meer informatie wordt kortheidshalve verwezen naar het
bijgevoegde uittreksel uit het betreffende uitwerkingsplan.
Verzoek T uinbouwontwikkelingsmaatschappij.
De plannen van de Tuinbouwontwikkelingsmaatschappij betreffen een complex van 7,7 ha glas en een
complex van 6,6 ha glas. Deze oppervlakten overschrijden ruimschoots de mogelijkheden welke het
vigerende bestemmingsplan Buitengebied Prinsenbeek biedt ter plaatse biedt.
In verband met het verzoek om vrijstelling wordt het volgende overwogen.
Uit berekeningen is gebleken dat binnen het tot "Agrarisch gebied" bestemde gebied nog ruim30 ha
ruimte beschikbaar is voor de nieuwvestiging van glastuinbouwbedrijven. Medewerking verlenen aan het
verzoek van TOM zou betekenen dat overal in Prinsenbeek dit soort grootschalige glastuinbouwbedrijven
kunnen ontstaan. Dit betekent weer dat naast de twee locaties waar de TOM zijn verzoek nu op heeft
gericht nog 1 aaneengesloten locatie van ongeveer 8 ha beschikbaar is. Hierdoor zal de kleinschaligheid
van het glastuinbouwgebied verdwijnen en zullen de mogelijkheden om dit glastuinbouwgebied in te
zetten voor sanering van verspreid liggende glastuinbouwbedrijven, bijvoorbeeld ten behoeve van
stedelijke ontwikkelingen, teniet worden gedaan.
In het thans vigerende bestemmingsplan "Buitengebied Prinsenbeek" is bewust gekozen voor
kleinschaligheid in de glastuinbouw en zijn beperkingen opgelegd aan deze sector in de vorm van
maximalisering van de oppervlakte voor kassen per bedrijf. Dit is onder andere ingegeven door de
kleinschaligheid van het gebied en de veelheid aan burgerwoningen in het betreffende gebied.
Gelet op de streekplannen 1992 en 2002, het SRUP en de Nota Glastuinbouw is aan de glastuinbouw in
Prinsenbeek de mogelijkheden geboden zoals deze nu in het bestemmingsplan Buitengebied
Prinsenbeek zijn opgenomen. Wij onderschrijven nog steeds de uitgangspunten uit het Streekplan 1992
en het SRUP waarin is gesteld dat gelet op maat en schaal Prinsenbeek en de vele aanwezige
woonbebouwing in het landelijke gebied geen schaalvergroting van glastuinbouw als nu aangevraagd
mogelijk moet zijn. Er is dan ook, mede ook gelet op het onlangs verschenen voorontwerp van het
Uitwerkingsplan Breda-Tilburg, geen aanleiding dit regime aan te passen.
Tenslotte nog het volgende. Uit contacten met de eigenaren van de gronden hebben wij begrepen dat
een locatie (perceel A) door de TOM inmiddels definitief is aangekocht. Over de tweede locatie (perceel
B) zijn door de huidige eigenaar de onderhandelingen met de TOM afgebroken.
Tegen het ingediende vrijstellingsverzoek bestaat ook veel maatschappelijke weerstand. In de omgeving
van de ontwikkelingslocaties is inmiddels een belangenvereniging opgericht, De Vereniging
Landschapsbehoud in Prinsenbeek (VILP), zijn door omwonenden diverse brieven geschreven waarin
bezwaar wordt gemaakt tegen het vrijstellingsverzoek en zijn middels een handtekeningenactie al vele
steunbetuigingen tegen afwijzing van het verzoek ingekomen*.
Voor de goede orde wordt u er ook nog op attent gemaakt dat enige jaren terug een verzoek van een
glastuinbouwbedrijf in Prinsenbeek tot vergroting van zijn kassencomplex tot boven de 4 ha is
afgewezen.
Voorgesteld wordt dan ook, gelet op het vorenstaande, het verzoek om vrijstelling van de
Tuinbouwontwikkelingsmaatschappij voor het oprichten van twee glastuinbouwcomplexen aan de
Weimersedreef af te wijzen.
-2-