Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 23682]
Dienst/afdeling: JP
voorschriften is een voorbehoud opgenomen dat indien geen bouwvlak is aangegeven het
bestemmingsvlak als zodanig mag worden aangemerkt.
3.
Op bladzijde 87 van de toelichting is een fout geslopen. Bolderstraat 6 moet zijn Tilburgsebaan 6. Bij de
vaststelling is deze omissie gewijzigd. Aan de Bolderstraat is geen dierenpension voorzien.
4.
Op de plankaart is in het bestemmingsvlak ter plaatse van het bedrijf van reclamanten een aanduiding "k"
opgenomen. Volgens de legenda op de plankaart staat deze aanduiding voor "kennel en dierenpension".
Deze aanduiding is voldoende duidelijk om de bedrijfsactiviteiten van reclamanten aan te geven.
5.
In het ontwerp van het bestemmingsplan is er voor gekozen om alleen de beschermde rijks- en
gemeentelijke monumenten met een aanduiding op de plankaart op te nemen. De aanduiding als door
reclamanten bedoeld biedt geen enkele bescherming in welke zin dan ook omdat deze aanduiding geen
officiële status heeft.
6.
Onduidelijk is welke strook grond door reclamanten word bedoeld. Het betreft hier waarschijnlijk een zeer
smalle strook grond. Gelet op de schaal van de plankaart is het onmogelijk zo een smalle strook als
aparte bestemming in het plan op te nemen.
7.
Het betreft hier weilanden. Er zijn geen bijzondere waarden aanwezig die een bestemming Agrarisch
gebied met landschappelijke en natuurlijke waarden zouden rechtvaardigen.
Conclusie.
Deze zienswijze voor wat betreft het gestelde onder 2 en 3 gegrond en voor het overige ongegrond te
verklaren.
21. P.C.A.M. Berende
Inhoud zienswijze.
Zie voor een korte samenvatting bij punt 7.
Beoordeling.
Zie voor beoordeling bij punt 7.
Conclusie.
Deze zienswijze ongegrond te verklaren
Inhoud zienswijze.
1.
Geven aan in hun zienswijze waardering te hebben voor de aanpak van de samenhang met het
landschapsbeleidsplan en voor de doelstellingen ten aanzien van natuur en landschapsbehoud en
natuurontwikkeling. Het beleid uit hoofdstuk 4 van de toelichting is volgens reclamanten echter niet goed
vertaald in de voorschriften. Het beleidskader is niet meer op alle punten actueel. Inmiddels zijn de
partiele herziening van WHP2, het Natuurgebiedsplan "De Mark"en het Beheers- en Landschaps-
gebiedsplan Noord-Brabant vastgesteld.
2.
De in het Streekplan 2002 opgenomen landschapsecologische zone is in het bestemmingsplan
verworden tot een smalle pijl en bovendien verschoven naar het grondgebied van Oosterhout. Het gebied
en noordwesten van Zuiderhout maakt daar echter een belangrijk onderdeel uit van die zone. De
oostwestverbindingen moeten zo min mogelijk worden geblokkeerd. Verzocht wordt dan ook de
bouwvlakken aan weerszijden van de Oosterhoutseweg en het glastuinbouwbedrijf aan de
Vraggelsebaan geen uitbreidingsruimte te geven en ruimte hier om heen te reserveren voor een
natuurbestemming dan wel een wijzigingsbevoegdheid hiertoe op te nemen.
3.
De ecologische verbindingszone aan de zuidkant van Teteringen is volgens reclamanten niet goed
opgenomen. Deze ligt, bij vergelijking van het Landschapsbeleidsplan met de bestemmingsplankaart, in
het bestemmingsplan dwars door een glastuinbouwbedrijf en een intensieve veehouderij.
22. BMF
-19-