III. Overwegingen van de commissie
Ontvankelijkheid
Ingevolge artikel 6:7 van de Algemene wet bestuursrecht bedraagt de termijn voor het indiener van
een bezwaarschrift zes weken. Deze termijn vangt aan met ingang van de dag na die waarop het
besluit op de voorgeschreven wijze bekend is gemaakt. Het onderhavige besluit is op 4 februari 2004
bekend gemaakt door toezending daarvan aan reclamant. Het bezwaarschrift is gedateerd op 16
maart 2004 en per fax ontvangen op 17 maart 2004. Het is derhalve ingediend binnen de daarvoor in
de wet gestelde termijn van zes weken. Reclamant voldoet ook aan de overige in de wet gestelde
eisen zodat hij in zijn bezwaar kan worden ontvangen
Bezwaren
Ten behoeve van een gedegen belangenafweging dient allereerst een goede beeldvorming en een
juiste weergave van de feiten plaats te vinden. Dit is niet gebeurd. Onttrekking van het betreffende
deel heeft geen enkele invloed op het gebruik van het aanwezige padenstelsel, omdat sprake is van
een doodlopend gedeelte. Omwonende, de heer Stoof, kan (blijven) uitwegen via eigen terrein in de
plaats van via het betreffende deel van het Oudelandstraatje.
Het betreffende deel is nooit openbaar geworden.
Juridisch kader
Van toepassing zijn onder meer de Wegenwet en de Algemene wet bestuursrecht.
Het betreft het weggedeelte op het gedeelte met kadastrale aanduiding sectie L nr. 2013, welk perceel
eigendom is van aanvrager. Het Oudlandstraatje, welke loopt van de dorpskern Effen tot aan de grens
met de gemeente Zundert, is op de wegenlegger van de gemeente Breda onder nummer 97
aangewezen als openbare weg.
Artikel 11 van de Wegenwet bepaalt onder meer dat iedere belanghebbende bij een weg aan de
gemeenteraad van de gemeente waarin de weg is gelegen kan verzoeken de weg aan het openbaar
verkeer te onttrekken.
Inhoudelijk
Aanvrager heeft verzocht om het gedeelte van het Oudlandstraatje dat is gelegen op zijn eigendom, te
weten kadastraal perceel sectie L nr. 2013, aan het openbaar verkeer te onttrekken. Het
Oudlandstraatje is een onverhard openbaar bospad dat voornamelijk wordt gebruikt door wandelaars
uit de omgeving en bewoners van omliggende percelen. In de wegenlegger is deze weg aangegeven
als een openbare weg in de zin van de Wegenwet. Onttrekking van deze weg aan het openbaar
verkeer is uitsluitend mogelijk met een besluit van de gemeenteraad.
In het kader van de besluitvorming door het gemeentebestuur heeft een belangenafweging
plaatsgevonden. Het gemeentebestuur heeft daarbij de navolgende belangen betrokken. Het gaat
daarbij om de individuele belangen van de aanvrager en de belangen van andere bewoners en
gebruikers, die belang hebben bij de openbaarheid, bruikbaarheid en toegankelijkheid van het pad.
Bezwaarmaker heeft verzocht om het betreffende gedeelte van het Oudlandstraatje aan het openbaar
verkeer te onttrekken omdat het Oudlandstraatje ter plaatse een doodlopende weg is, niet toegankelijk
is voor motorvoertuigen en geen deel uitmaakt van een wandelroute. De weg zou volgens
bezwaarmaker geen verkeersfunctie meer vervullen. Naar de mening van bezwaarmaker worden,
door onttrekking aan de openbaarheid, het woongenot en het veiligheidsgevoel verhoogd en wordt
meer rust gecreëerd voor de in de omgeving aanwezige fauna. Voor wat betreft het laatstgenoemde
aspect wordt gewezen op het feit dat het Brabants Landschap heeft aangegeven de voorkeur te
geven aan het afsluiten van een sluippaadje dat uitkomt op het betreffende weggedeelte. Onttrekking
en afsluiting van het betreffende weggedeelte zou het definitief afsluiten en wegnemen van het
sluippaadje bevorderen waardoor er meer rust voor de natuur ontstaat. Aangegeven is in dit verband
dat het Brabants Landschap, in het geval het betreffende deel door de gemeente Breda aan de
openbaarheid wordt onttrokken, de doorgang van het betreffende sluippaadje definitief zal afsluiten.
Gebleken is dat de recente wens van het Brabants Landschap om het betreffende sluippaadje af te
sluiten mede wordt ingegeven door het feit dat bij het niet afsluiten er over circa twee jaren
gebruiksrechten voor gebruikers ontstaan waardoor het betreffende paadje nooit meer kan worden
afgesloten.
