Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 24659] Dienst/afdeling: VDC/BCE Gebleken is dat de in 2001 gekozen opzet een aantal verbeteringen behoeft: De werkwijze is zeer omslachtig. Het is bijna onmogelijk om een totaaloverzicht te behouden. Gedurende de periode van driejaar, waarop dit nieuwe voorstel van toepassing is, veranderen diverse regelingen (waaronder de rijkssubsidieregeling). Omdat de nieuwe regelingen nog niet nader zijn uitgewerkt is het niet wenselijk om de raad nu reeds alle bedragen vast te laten leggen. Immers een ander kader betekent ook een andere totaalafweging. De eigenaar van het te restaureren object bepaalt de start van de werkzaamheden. Door de koppeling van de subsidie aan de uitvoering van de werkzaamheden kan de beschikbaarstelling van de gereserveerde gelden een aantal jaren later plaatsvinden dan de betreffende jaarschijf van de gereserveerde gelden (een aantal projecten uit het overzicht van 2001 is nog niet ten uitvoer gekomen. De gereserveerde gelden staan op jaarschijven 2001 tot en met 2003). Een aanpassing van de opzet voor het voorstel Besteding Gelden Architectuur en Monumenten 2004 tot en met 2006 ligt voor de hand. Hierbij kan aansluiting worden gezocht bij de wijze van budgetteren van onder andere Verkeer en Vervoer. Voorgesteld wordt om de raad een besluit op hoofdlijnen te laten nemen en het volledige bedrag te laten voteren. Het college kan uitvoering geven aan de besluitvorming rond de verschillende projecten. Hierbij heeft het college enige vrijheid tot handelen nodig. Voorgesteld wordt dat het college de bevoegdheid krijgt om binnen de verschillende jaarschijven en bronnen te schuiven, mits de beschikbare bedragen voor de verschillende projecten niet veranderen. Daarnaast wordt voorgesteld om het college te machtigen om bij besluitvorming tot beschikbaarstelling van middelen een afwijking tot maximaal tien procent van het gereserveerde bedrag voor een project zelfstandig te nemen. Middels een jaarlijkse rapportage van het college kan de raad de controle op hoofdlijnen uitvoeren. De gevoteerde gelden dienen te worden opgenomen als een investeringskrediet op de begroting van de OntwikkelingsDienst Breda. Hierbij is het wenselijk om een verdeling te maken tussen de verschillende hoofdposten zoals hierboven genoemd: Onderhoud Grote of OLVkerk Stimulering kleinschalige particuliere restauratie Architectuur Grote restauraties/projecten Matching Actieplan Cultuurbereik (onderdeel Cultuurhistorie) De hierboven genoemde voorstellen zijn opgenomen in de beleidsnotitie Besteding Gelden Architectuur en Monumenten. Voorgesteld wordt om deze notitie vast te stellen. Verschuiven van beschikbaar gestelde geiden Voor verschillende projecten uit de Besteding Restauratiebudgetten Monumenten uit 2001 zijn beschikbaar gestelde middelen niet of deels gevoteerd: Het onderzoek historisch stadshart (Bouwhistorisch Onderzoek Binnenstad) is gestart als een proefproject met slechts een gedeeltelijke budgetvotering. De bijdrage aan de verhoging van de kap van de kapel van Kloosterplein 20 (Kloosterkazerne) blijkt na de eindafrekening lager te zijn dan vooraf geschat. Hierdoor is automatisch de subsidie naar beneden bijgesteld. De restauraties van Nieuwstraat 21 t/m 27 (voormalig klooster), Haven 21A (Klapkot) en Haven ongenummerd (Vishal) zijn nog niet ten uitvoer gekomen. Uitbetaling van hiervoor beschikbaar gestelde gelden zal pas plaatsvinden tijdens of na de uitvoering van de restauraties. -3-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 23