Gemeente Breda Raadsvoorstel Registratienr: 24587] Dienst/afdeling: CAF Betreft: Inleiding Voorstel Agendapuntnummer: 1b Aantal bijlagen: Rechtmatigheid en rechtmatigheidscontrole door de accountant. Met ingang van het reeds lopende kalenderjaar is rechtmatigheid een expliciet item geworden. Met de wijziging van artikel 213 van de gemeentewet is immers bepaald dat de accountant per 1 januari 2004 een verklaring moet afgeven over de mate waarop gemeenten rechtmatig handelen, de rechtmatigheidverklaring. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan, te meer omdat het jaar al goeddeels is verstreken en de materie inhoudelijk nog niet duidelijk is. De landelijke wetgeving geeft namelijk niet aan hoe deze verklaring tot stand dient te komen of waarop hij gebaseerd moet worden. Dit betekent dat er grote onzekerheid is bij accountants, gemeenten en als we niet oppassen ook bij het maatschappelijk verkeer. Dat laatste is een zwaarwegend punt. In den lande bestaat momenteel heel wat beroering rondom dit thema; VNG, gemeenten, NIVRA (beroepsgroep van registeraccountants), individuele accountantskantoren en de minister van BZK hebben uiteenlopende standpunten ingenomen. In de recente gesprekken in het kader van het traject "keuze accountant vanaf 2005" hebben de leden van de desbetreffende begeleidingscommissie dat ook kunnen proeven. Over het onderwerp worden de komende maanden ten minste drie grote congressen georganiseerd waaruit de nodige publiciteit is te verwachten. Toch kan niet worden afgewacht hoe dit gehele veld zich gaat ontwikkelen de komende tijd. De gemeenteraad wordt daarom een voorstel voor het lopende jaar 2004 voorgelegd. 1. Inzake de opdracht aan de accountant: De accountant op te dragen zijn controle voor 2004 zodanig in te richten dat hij tot een volkomen oordeel komt over rechtmatigheid zoals bedoeld in de nationale wetgeving. Dit betekent dat hij in zijn rapportages alle bemerkingen van materieel belang moet melden zodat de gemeenteraad vanuit maximale transparantie een totaalbeeld kan vormen van rechtmatigheid. Daarbij zal hij ook moeten vaststellen of voor alle relevante onderdelen, lokale verordeningen zijn gemaakt. Te besluiten dat de accountant in zijn accountantsverklaring over 2004 alleen het wettelijk minimumkader mee weegt i.e. de externe regelgeving en de interne regelgeving met directe financiële gevolgen. Dit past binnen het advies van de VNG, ministerie van BZK en binnen de interne gedragsregels van enkele grote accountantskantoren. Hierbij wordt ook volledig aangesloten aan het gestelde in de Bredase Verordening ex art. 213 GW zoals ultimo 2003 vastgesteld door de gemeenteraad. Te besluiten de opdracht voor de rechtmatigheidtoets 2005 eerst medio 2005 te formuleren en afhankelijk te laten zijn van de landelijke en lokale ontwikkelingen. 1. Inzake de leemtes die gebleken zijn uit de interne inventarisatie. Te besluiten, dat voor de processen waarvan bij de inventarisatie en of bij het accountantsonderzoek is gebleken dat daar onvoldoende waarborgen aanwezig waren om rechtmatig handelen te garanderen, zodanige maatregelen te nemen dat per 2005 een goedkeurende accountantsverklaring kan worden verkregen voor het volledige rechtmatigheidaspect. Dan zal alle interne en externe regelgeving moeten worden meegewogen. Dit betekent een aantal operationele acties. Uitgangspunt hierbij is te streven naar een goedkeurende rechtmatigheidverklaring in 2005 waarbij het proces om te komen tot deze verklaring tevens gebruikt wordt voor het eventueel opschonen van te rigide eisen, voorwaarden en artikelen in de diverse interne wet- en regelgeving. Hierbij kan gedacht worden aan de Organisatieverordening, de Subsidieverordening, de Verordening 212 GW. De interim-controles van de accountant moeten nog aanvangen, hun bevindingen moeten dus ook nog een plaats krijgen in dit plan van aanpak. -1-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 5