3. Inhoudelijke toelichting op het Programma
3.1. Voorbereidingskredieten
In het programma 2005 zijn (aanvullende) kredieten voor bouwvoorbereiding en
haalbaarheidsonderzoeken opgenomen voor een totaalbedrag van 447.811
Aan het beschikbaar stellen van de voorbereidingskredieten kunnen besturen geen
rechten ontlenen met betrekking tot een volgende programma. De beoordeling van de
genoemde projecten geschiedt straks in het kader van het meerjarenplan en volgens de
toetsingscriteria van de Verordening.
Het betreft voor 2005:
1.
basisschool De Klokkebei
16.000)
2.
basisschool J.F. Kennedy
16.400)
3.
basisschool St. Joseph
110.500)
4.
basisschool Petrus en Paulus
30.100)
5.
basisschool Kievitsloop
39.811)
6.
Brede School G-N (Kievitsnest en Samenloop)
210.000)
7.
mytylschool De Schalm
25.000)
3.2. Capaciteitsuitbreiding
Volgens de Verordening wordt de bekostiging voor nieuwbouw, uitbreiding en inrichting
gebaseerd op normbedragen. Overigens wordt de eindafrekening opgesteld aan de hand
van de werkelijke kosten tot het maximum van de norm. Als gevolg van bijzondere
omstandigheden kan vergoeding boven de norm worden verstrekt. Tenslotte kan de
marktwerking een belangrijke rol spelen bij de prijsvorming.
De op het Programma opgenomen voorzieningen voor capaciteit resulteren in een
totaalbedrag van 3.753.373. (inclusief de voorbereidingskredieten én exclusief
huurvergoedingen). De belangrijkste investeringen betreffen:
de uitbreiding van de Rudolf Steinerschool met 4 lokalen voor 840.010;
de uitbreiding van Sensis met 3 lokalen voor€ 686.194;
diverse tijdelijke uitbreidingen zoals noodlokalen (totaal afgerond 895.000);
de stelpost buitenreguliere tellingen van 400.000;
eerste inrichting en diverse voorzieningen voor€ 933.169.
capaciteit huurvergoedingen ad 365.470.
3.3. Bouwkundige aanpassingen
Bouwkundige aanpassingen en onderhoud worden niet vergoed op basis van een
beschikbaar gesteld krediet, maar na een beoordeling van de werkelijke kosten die uit
offertes blijkt. Naast bouwkundige kwaliteit zijn er in de praktijk zaken als specifieke
stedenbouwkundige randvoorwaarden, adviezen van de Welstandscommissie of de
complexiteit van een uitbreidingsproject vanwege de bestaande gebouwensituatie, die
kunnen leiden tot het ophogen van de norm. Datzelfde geldt voor eisen op grond van het
Bouwbesluit (lift, mechanische ventilatie), ARBO, brandpreventie en duurzaam bouwen.
In het Meerjareninvesteringsplan is hiermee rekening gehouden middels de budgetten
voor Technische Kwaliteiten Veiligheid en Gezondheid en bouwtechnische
omstandigheden.
Technische kwaliteit
In het programma zijn de noodzakelijke aanpassingen op het gebied van technische
kwaliteit opgenomen (totaal 17.725).
Veiligheid en gezondheid
In het programma zijn de noodzakelijke bouwkundige aanpassingen op het gebied van
veiligheid en gezondheid opgenomen. Deze zijn grotendeels het gevolg van bestaande
regelgeving op het gebied van brandpreventie en ARBO (totaal 873.545).
3