Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienr: 24776]
Dienst/afdeling: JP
Betreft:
Inleiding
Voorstel
Motivering/Toelichting
Agendapuntnummer: 1f
Aantal bijlagen:
Toekennen planschadevergoeding aan de heer en mevrouw Groote Schaarsberg, Liesboslaan 20 te Breda.
Namens de heer en mevrouw Groote Schaarsberg is op 14 mei 2004 een verzoek om planschadever
goeding ex artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening ingekomen.
Verzoekers zijn van mening dat zij door de opeenvolgende bestemmingsplannen "Heilaar-Steenakker
1992", "Heilaar-Steenakker, herziening 1998", "HSL-A16 Breda" en de verleende vrijstelling ex artikel
19 WRO voor de bouw van de IKEA-vestiging schade lijden in de vorm van waardevermindering van
hun onroerend goed.
Nadat het verzoek ontvankelijk is verklaard, is het ter advisering voorgelegd aan een schadebeoordeling-
commissie, de Johan van Oldenbarnevelt stichting te Dordrecht.
Besluiten tot het toekennen van planschade ex artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening aan
verzoekers overeenkomstig bijgevoegd conceptraadsbesluit.
In het verzoekschrift wordt gesteld dat de woning van verzoekers in het verleden gelegen was in een
rustige, geheel agrarische omgeving. De Liesboslaan, alwaar de woning van verzoekers is gelegen, was
een rustige buurtontsluitingsweg. Er was sprake van een nagenoeg ideale woonsituatie. De wijzigingen
van de planologische regimes, te weten de bestemmingsplannen "Heilaar-Steenakker 1992", "Heilaar-
Steenakker, herziening 1998", "HSL A16 Breda" en de verleende vrijstelling ex artikel 19 van de WRO
hebben er toe geleid dat aan de gronden in de directe omgeving van de woning van verzoekers onder
meerde bestemmingen bedrijfsdoeleinden, detailhandel in meubelen en woninginrichting, horecavoor-
zieningen en verkeersdoeleinden zijn toegekend. Ten noorden van voornoemde hoofdweg is met
toepassing van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (hierna: WRO) op 30 juli 2002 een
bouwvergunning verleend voor de oprichting van een IKEA-woonwarenhuis met horecavoorziening, een
parkeergarage voor 1.130 auto's en een reclamezuil. Het woonwarenhuis bevindt zich op gronden met de
bestemming bedrijfsdoeleinden, doch voldoet niet aan de voorschriften van het bestemmingsplan. De
oppervlakte ten behoeve van detailhandel in meubels wordt met 26.170m2 overschreden. Tevens is reeds
één horecavoorziening ten behoeve van deze bestemming aanwezig. De maximale toegestane hoogte
van 20 meter voor de bebouwing wordt door een liftopbouw overschreden. De reclamezuil heeft een
hoogte van 40 meter, terwijl op grond van het bestemmingsplan de hoogte van bouwwerken (geen
gebouwen zijnde) ten hoogste 20 meter mag bedragen.
Verzoekers zijn van oordeel dat door de realisering van de woonboulevard, de veiling, de vestiging van
het IKEA-woonwarenhuis, de bouw van een 40 meter hoge reclamezuil en de doortrekking van de
Ettensebaan in de vorm van een ontsluitingsweg ten noorden van het perceel van verzoekers het woon
genot enorm is aangetast, waardoor hun eigendommen in waarde zijn gedaald. Namens verzoekers
wordt verzocht een bedrag ad 50.000,- als planschade toe te kennen, te vermeerderen met de wet
telijke rente berekend over genoemd bedrag vanaf de datum van indiening van het verzoekschrift.
Op 22 november 2004 is van de Johan van Oldenbarnevelt stichting te Dordrecht het definitieve advies
betreffende het planschadeverzoek ontvangen. De stichting is van oordeel, dat verzoekers geen schade
ex artikel 49 van de WRO lijden als gevolg van het bestemmingsplan "Princenhage Noord 1966" in het
bestemmingsplan "Heilaar-Steenakker, herziening 1998". De planologische wijzigingen waren, gelet op
de datum van aankoop van de woning in 1998, te voorzien. Immers, reeds in het structuurplan voor de
periode 1988-1998 van de gemeente Breda werd het gebied ten noordwesten van het kruispunt
Princenville genoemd als locatie voor de vestiging van bedrijven en kantoren.
-1-